Niederländisch
Detailübersetzungen für roddelend (Niederländisch) ins Französisch
roddelend form of roddelen:
-
roddelen (kwaadspreken; belasteren; lasteren)
calomnier; déniger; médire; dire du mal sur-
calomnier Verb (calomnie, calomnies, calomnions, calomniez, calomnient, calomniais, calomniait, calomniions, calomniiez, calomniaient, calomniai, calomnias, calomnia, calomniâmes, calomniâtes, calomnièrent, calomnierai, calomnieras, calomniera, calomnierons, calomnierez, calomnieront)
-
déniger Verb
-
médire Verb (médis, médit, médisons, médisez, médisent, médisais, médisait, médisions, médisiez, médisaient, médîmes, médîtes, médirent, médirai, médiras, médira, médirons, médirez, médiront)
-
dire du mal sur Verb
-
Konjugationen für roddelen:
o.t.t.
- roddel
- roddelt
- roddelt
- roddelen
- roddelen
- roddelen
o.v.t.
- roddelde
- roddelde
- roddelde
- roddelden
- roddelden
- roddelden
v.t.t.
- heb geroddeld
- hebt geroddeld
- heeft geroddeld
- hebben geroddeld
- hebben geroddeld
- hebben geroddeld
v.v.t.
- had geroddeld
- had geroddeld
- had geroddeld
- hadden geroddeld
- hadden geroddeld
- hadden geroddeld
o.t.t.t.
- zal roddelen
- zult roddelen
- zal roddelen
- zullen roddelen
- zullen roddelen
- zullen roddelen
o.v.t.t.
- zou roddelen
- zou roddelen
- zou roddelen
- zouden roddelen
- zouden roddelen
- zouden roddelen
diversen
- roddel!
- roddelt!
- geroddeld
- roddelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für roddelen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
calomnier | belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen | belasteren; beschimpen; honen; kwaadspreken; lasteren; ontheiligen; ontwijden; schenden; smaden; verguizen; zwart kleuren; zwartmaken |
dire du mal sur | belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen | zwart kleuren; zwartmaken |
déniger | belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen | |
médire | belasteren; kwaadspreken; lasteren; roddelen | zwart kleuren; zwartmaken |
Verwandte Wörter für "roddelen":
Wiktionary Übersetzungen für roddelen:
roddelen
roddelen
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• roddelen | → commérer | ↔ gossip — to talk about someone else's private or personal business |
• roddelen | → cafarder; cafter; moucharder | ↔ tattle — to report others' wrongdoings or violations |
Computerübersetzung von Drittern: