Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. mauwen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für mauwen (Niederländisch) ins Französisch

mauwen:

mauwen Verb (mauw, mauwt, mauwde, mauwden, gemauwd)

  1. mauwen (miauwen)
    miauler
    • miauler Verb (miaule, miaules, miaulons, miaulez, )

Konjugationen für mauwen:

o.t.t.
  1. mauw
  2. mauwt
  3. mauwt
  4. mauwen
  5. mauwen
  6. mauwen
o.v.t.
  1. mauwde
  2. mauwde
  3. mauwde
  4. mauwden
  5. mauwden
  6. mauwden
v.t.t.
  1. heb gemauwd
  2. hebt gemauwd
  3. heeft gemauwd
  4. hebben gemauwd
  5. hebben gemauwd
  6. hebben gemauwd
v.v.t.
  1. had gemauwd
  2. had gemauwd
  3. had gemauwd
  4. hadden gemauwd
  5. hadden gemauwd
  6. hadden gemauwd
o.t.t.t.
  1. zal mauwen
  2. zult mauwen
  3. zal mauwen
  4. zullen mauwen
  5. zullen mauwen
  6. zullen mauwen
o.v.t.t.
  1. zou mauwen
  2. zou mauwen
  3. zou mauwen
  4. zouden mauwen
  5. zouden mauwen
  6. zouden mauwen
diversen
  1. mauw!
  2. mauwt!
  3. gemauwd
  4. mauwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für mauwen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
miauler mauwen; miauwen