Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Französisch ->übersetze handlangers

übersetze handlangers von Niederländische ins Französisch

Übersicht

Niederländisch nach Französisch: mehr Daten

handlangers:
- complices
handlanger:
- complice; allié; assistant; compère; acolyte; affidé
Wiktionary:
- handlanger → complice

Niederländisch

Detailübersetzungen für handlangers (Niederländisch) ins Französisch

handlangers:

handlangers [de ~] Nomen, Plural

de handlangers (trawanten)
le complices
- complices [le ~] Nomen

Übersetzung Matrix für handlangers:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
complices	handlangers; trawanten

Verwandte Wörter für "handlangers":

handlanger

handlangers form of handlanger:

handlanger [de ~ (m)] Nomen

de handlanger (trawant)
le complice; l'allié; l'assistant
- complice [le ~] Nomen
- allié [le ~] Nomen
- assistant [le ~] Nomen
de handlanger (medeplichtige)
le compère; le complice; l'acolyte; l'affidé
- compère [le ~] Nomen
- complice [le ~] Nomen
- acolyte [le ~] Nomen
- affidé [le ~] Nomen

Übersetzung Matrix für handlanger:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
acolyte	handlanger; medeplichtige	misdienaar
affidé	handlanger; medeplichtige
allié	handlanger; trawant	bondgenoot; geallieerde; medestander; voorstander
assistant	handlanger; trawant	arbeider; arbeidskracht; assistent; getuige; helper; hulp; hulpleraar; hulponderwijzer; klerk; medewerker; omstander; personeelslid; secondant; tijdelijke leerkracht; toeschouwer; werkkracht; werknemer
complice	handlanger; medeplichtige; trawant	handlangster; medeplichtige; medeverantwoordelijke
compère	handlanger; medeplichtige
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
allié		aaneengesloten; een eenheid vormend; geallieerd; gerelateerd; samenhangend; verbonden; verenigd; verwant
complice		medeplichtig; medeschuldig

Verwandte Wörter für "handlanger":

handlangers

Wiktionary Übersetzungen für handlanger:

Cross Translation:

From	To	Via
• handlanger	→ complice	↔ accomplice — a cooperator
• handlanger	→ complice	↔ accomplice — an associate in the commission of a crime