Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. grauwen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für grauwt (Niederländisch) ins Französisch

grauwt form of grauwen:

grauwen Verb (grauw, grauwt, grauwde, grauwden, gegrauwd)

  1. grauwen (snauwen)
    rabrouer
    • rabrouer Verb (rabroue, rabroues, rabrouons, rabrouez, )

Konjugationen für grauwen:

o.t.t.
  1. grauw
  2. grauwt
  3. grauwt
  4. grauwen
  5. grauwen
  6. grauwen
o.v.t.
  1. grauwde
  2. grauwde
  3. grauwde
  4. grauwden
  5. grauwden
  6. grauwden
v.t.t.
  1. heb gegrauwd
  2. hebt gegrauwd
  3. heeft gegrauwd
  4. hebben gegrauwd
  5. hebben gegrauwd
  6. hebben gegrauwd
v.v.t.
  1. had gegrauwd
  2. had gegrauwd
  3. had gegrauwd
  4. hadden gegrauwd
  5. hadden gegrauwd
  6. hadden gegrauwd
o.t.t.t.
  1. zal grauwen
  2. zult grauwen
  3. zal grauwen
  4. zullen grauwen
  5. zullen grauwen
  6. zullen grauwen
o.v.t.t.
  1. zou grauwen
  2. zou grauwen
  3. zou grauwen
  4. zouden grauwen
  5. zouden grauwen
  6. zouden grauwen
diversen
  1. grauw!
  2. grauwt!
  3. gegrauwd
  4. grauwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für grauwen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
rabrouer grauwen; snauwen afbekken; afblaffen; afsnauwen; snauwen; toebijten; toesnauwen; uitvallen tegen

Verwandte Wörter für "grauwen":