Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. beslaan:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für besla (Niederländisch) ins Französisch

beslaan:

beslaan

  1. beslaan

beslaan Verb (besla, beslaat, besloeg, besloegen, beslagen)

  1. beslaan (ruimte innemen)
    occuper de la place; comprendre; remplir
    • comprendre Verb (comprends, comprend, comprenons, comprenez, )
    • remplir Verb (remplis, remplit, remplissons, remplissez, )

Konjugationen für beslaan:

o.t.t.
  1. besla
  2. beslaat
  3. beslaat
  4. beslaan
  5. beslaan
  6. beslaan
o.v.t.
  1. besloeg
  2. besloeg
  3. besloeg
  4. besloegen
  5. besloegen
  6. besloegen
v.t.t.
  1. heb beslagen
  2. hebt beslagen
  3. heeft beslagen
  4. hebben beslagen
  5. hebben beslagen
  6. hebben beslagen
v.v.t.
  1. had beslagen
  2. had beslagen
  3. had beslagen
  4. hadden beslagen
  5. hadden beslagen
  6. hadden beslagen
o.t.t.t.
  1. zal beslaan
  2. zult beslaan
  3. zal beslaan
  4. zullen beslaan
  5. zullen beslaan
  6. zullen beslaan
o.v.t.t.
  1. zou beslaan
  2. zou beslaan
  3. zou beslaan
  4. zouden beslaan
  5. zouden beslaan
  6. zouden beslaan
diversen
  1. besla!
  2. beslaat!
  3. beslagen
  4. beslaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

beslaan [znw.] Nomen

  1. beslaan (bedekken)
    la ferrure

Übersetzung Matrix für beslaan:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ferrure bedekken; beslaan beslag; hoefbeslag; hoefijzer; ijzerbeslag; ijzerwaren; ijzerwerk; kistbeslag
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
comprendre beslaan; ruimte innemen beginnen te snappen; begrijpen; beperken; bestaan uit; doorhebben; doorkrijgen; doorzien; doorzien hebben; indammen; inkapselen; inleven; inperken; invoelen; inzien; limiteren; meeleven; meerekenen; meetellen; met het verstand vatten; omvatten; snappen; verstaan; voelen
occuper de la place beslaan; ruimte innemen
remplir beslaan; ruimte innemen aanvullen; bedekken; bekleden; bijvullen; completeren; farceren; invullen; opvullen; overtrekken; toevoegen; volgieten; volgooien; volmaken; volplempen; volpompen; volschenken; volstorten; voltallig maken; vullen
se couvrir aandoen; aankleden; aantrekken; bedekken; bekleden; betrekken; overtrekken
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
se couvrir beslaan

Wiktionary Übersetzungen für beslaan:

beslaan
verb
  1. militaire|fr armer, munir un dispositif de défense d'éléments ou de troupes nécessaires à sa défense, à sa protection.
  2. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
beslaan ferrer shoe — to put horseshoes on a horse
beslaan enlacer; étreindre umfangen — jemanden oder jemandes Körperteile mit seinen Armen oder Händen umfassen

Computerübersetzung von Drittern: