Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. afgezien:
  2. afzien:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für afgezien (Niederländisch) ins Französisch

afgezien:

afgezien Adjektiv

  1. afgezien (overgeschreven; afgeschreven; afgekeken; gespiekt)
    triché; fraudé; copié

Übersetzung Matrix für afgezien:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
copié gespiek
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
copié afgekeken; afgeschreven; afgezien; gespiekt; overgeschreven
fraudé afgekeken; afgeschreven; afgezien; gespiekt; overgeschreven
triché afgekeken; afgeschreven; afgezien; gespiekt; overgeschreven bedrogen; beetgenomen; genomen

Verwandte Wörter für "afgezien":

  • afgeziene

Verwandte Definitionen für "afgezien":

  1. zonder te letten op ...., zonder mee te tellen1
    • afgezien van de inktvlekken is dit een goede brief1

Wiktionary Übersetzungen für afgezien:

afgezien
preposition
  1. buiten beschouwing latend

afgezien form of afzien:

afzien Verb (zie af, ziet af, zag af, zagen af, afgezien)

  1. afzien (afstand doen)
    renoncer à; répudier; abandonner
    • répudier Verb (répudie, répudies, répudions, répudiez, )
    • abandonner Verb (abandonne, abandonnes, abandonnons, abandonnez, )

Konjugationen für afzien:

o.t.t.
  1. zie af
  2. ziet af
  3. ziet af
  4. zien af
  5. zien af
  6. zien af
o.v.t.
  1. zag af
  2. zag af
  3. zag af
  4. zagen af
  5. zagen af
  6. zagen af
v.t.t.
  1. heb afgezien
  2. hebt afgezien
  3. heeft afgezien
  4. hebben afgezien
  5. hebben afgezien
  6. hebben afgezien
v.v.t.
  1. had afgezien
  2. had afgezien
  3. had afgezien
  4. hadden afgezien
  5. hadden afgezien
  6. hadden afgezien
o.t.t.t.
  1. zal afzien
  2. zult afzien
  3. zal afzien
  4. zullen afzien
  5. zullen afzien
  6. zullen afzien
o.v.t.t.
  1. zou afzien
  2. zou afzien
  3. zou afzien
  4. zouden afzien
  5. zouden afzien
  6. zouden afzien
diversen
  1. zie af!
  2. ziet af!
  3. afgezien
  4. afziend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für afzien:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abandonner afstand doen; afzien afbestellen; afbreken; afgelasten; afhaken; afvallen; afzeggen; afzien van; annuleren; bedanken; danken; de brui geven aan; ermee uitscheiden; eruitstappen; gaan; heengaan; in de steek laten; intrekken; nietig verklaren; opbreken; opgeven; ophouden; opstappen; staken; stoppen; uitscheiden; verlaten; vertrekken; verwijderen; weggaan
renoncer à afstand doen; afzien afzweren; ermee uitscheiden; opgeven; ophouden; staken; stoppen; uitscheiden; verstoten
répudier afstand doen; afzien afzweren; logenstraffen; loochenen; verloochenen; verstoten; verzaken

Wiktionary Übersetzungen für afzien:

afzien
verb
  1. besluiten iets niet te doen
  2. lijden, ongemak doorstaan

Cross Translation:
FromToVia
afzien renoncer give up — relinquish
afzien renoncer; se passer de verzichtenAnspruch auf etwas freiwillig aufgeben; etwas aus seiner Entscheidung heraus nicht tun

Computerübersetzung von Drittern: