Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Französisch ->Suche: gasthuis

Niederländische und französische Suchergebnisse für: gasthuis

Übersicht

Niederländisch nach Französisch: mehr Daten

gasthuis:
- hébergement; logement; hôpital; infirmerie
Wiktionary:
- gasthuis → hôpital

Niederländisch

Detailübersetzungen für gasthuis (Niederländisch) ins Französisch

gasthuis:

gasthuis [het ~] Nomen

het gasthuis (logement; herberg)
l'hébergement; le logement
- hébergement [le ~] Nomen
- logement [le ~] Nomen
het gasthuis (ziekenhuis; hospitaal)
l'hôpital; l'infirmerie
- hôpital [le ~] Nomen
- infirmerie [la ~] Nomen

Übersetzung Matrix für gasthuis:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
hébergement	gasthuis; herberg; logement	accommodatie; behuizing; hosting; huisvesting; kwartier; onderbrenging; onderdak; onderkomen; tehuis; verblijfplaats
hôpital	gasthuis; hospitaal; ziekenhuis
infirmerie	gasthuis; hospitaal; ziekenhuis	ziekenboeg; ziekenboegen; ziekenzaal; ziekenzalen
logement	gasthuis; herberg; logement	accommodatie; behuizing; huis; huisvesting; kwartier; logies; onderbrenging; onderdak; onderkomen; overnachting; residentie; tehuis; thuis; verblijf; verblijfplaats; woning; woonhuis

Verwandte Wörter für "gasthuis":

gasthuizen

Wiktionary Übersetzungen für gasthuis:

Cross Translation:

From	To	Via
• gasthuis	→ hôpital	↔ hospital — building