Niederländisch
Detailübersetzungen für fixeren (Niederländisch) ins Französisch
fixeren:
Übersetzung Matrix für fixeren:
| Not Specified | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
| - | met de ogen; onuitwisbaar maken |
Verwandte Wörter für "fixeren":
Verwandte Definitionen für "fixeren":
fixeer:
Übersetzung Matrix für fixeer:
| Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
| fixateur | fixeer | haarlak; haarversteviger; hairspray |
Verwandte Wörter für "fixeer":
Französisch
Detailübersetzungen für fixeren (Französisch) ins Niederländisch
fixeren: (*Wort und Satz getrennt)
- fixe: strak; star; verstard; definitief; vastgesteld; permanent; vaststaand; bestendig; onveranderlijk; chagrijnig; taai; stug; geconcentreerd; nors; verdiept; onverzettelijk; knorrig; onbuigzaam; ingespannen; nurks; korzelig; stijfkoppig; onafgewend; van sterk gehalte
- rené: herboren
- fixé: verbonden; gekoppeld; aangevoegd; aaneengehecht; geconcentreerd; vastgemaakt; vastzittend; aan elkaar zittend; op één punt gericht; vastgebonden; geboeid; aangehecht; aangeplakt; vastgehecht
- fixer: vastleggen; verzekeren; verbinden; bevestigen; hechten; aanhechten; vastzetten; ergens aan bevestigen; kijken; schouwen; bekijken; aankijken; gadeslaan; toeschouwen; adviseren; raden; binden; ingeven; vastmaken; knopen; suggereren; vastbinden; strikken; knevelen; iets aanraden; aan elkaar bevestigen; bevestiging; lijmen; aanhaken; aandraaien; opplakken; aankoppelen; vastplakken; vasthechten; vasthaken; vastlijmen; vastkoppelen; door draaien vastmaken; overwegen; neerleggen; afwegen; opsluiten; overdenken; onderuit halen; dichtbinden; dichtsnoeren; vastgespen; vastsjorren; aangespen; dichtgespen; toebinden; toegespen