Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. verzieken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verzieken (Niederländisch) ins Spanisch

verzieken:


Übersetzung Matrix für verzieken:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
corromper bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken corrumperen; omkopen; verderven; vertroetelen; verwennen
degenerar bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken achteruitgaan; afrotten; degenereren; verderven; verworden
degenerarse bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden
destruir bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken aantasten; aanvreten; afbreken; bederven; beschadigen; fijnmaken; ingooien; liquideren; platdrukken; ruineren; slopen; te gronde richten; tot schroot verwerken; uitroeien; verbrijzelen; vergruizen; vermorzelen; vernielen; vernietigen; verpletteren; verwoesten
echar a perder bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken corrumperen; verbeuren; verderven; verprutsen; wegsmijten
estropear bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; stukmaken; verbroddelen; verklungelen; verknallen; verknoeien; verpesten; verzieken aantasten; aanvreten; bederven; beschadigen; corrumperen; fijnmaken; haspelen; iets vergallen; ingooien; kapot maken; platdrukken; slechten; tot een warboel maken; uitwonen; verbrijzelen; verderven; vergallen; vergruizen; verknoeien; vermorzelen; verpesten; verpletteren; verprutsen; verwarren
malear bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken
malograr bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken achteruitgaan; afbreken; degenereren; dwarsbomen; dwarsliggen; ruineren; slopen; tegenwerken; verderven; vernielen; vernietigen; verprutsen; verwoesten; verworden