Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. pulken:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für pulk (Niederländisch) ins Spanisch

pulken:

pulken Verb (pulk, pulkt, pulkte, pulkten, gepulkt)

  1. pulken (peuteren)

Konjugationen für pulken:

o.t.t.
  1. pulk
  2. pulkt
  3. pulkt
  4. pulken
  5. pulken
  6. pulken
o.v.t.
  1. pulkte
  2. pulkte
  3. pulkte
  4. pulkten
  5. pulkten
  6. pulkten
v.t.t.
  1. heb gepulkt
  2. hebt gepulkt
  3. heeft gepulkt
  4. hebben gepulkt
  5. hebben gepulkt
  6. hebben gepulkt
v.v.t.
  1. had gepulkt
  2. had gepulkt
  3. had gepulkt
  4. hadden gepulkt
  5. hadden gepulkt
  6. hadden gepulkt
o.t.t.t.
  1. zal pulken
  2. zult pulken
  3. zal pulken
  4. zullen pulken
  5. zullen pulken
  6. zullen pulken
o.v.t.t.
  1. zou pulken
  2. zou pulken
  3. zou pulken
  4. zouden pulken
  5. zouden pulken
  6. zouden pulken
diversen
  1. pulk!
  2. pulkt!
  3. gepulkt
  4. pulkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für pulken:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
escarbar peuteren; pulken doorwroeten; motiveren; scharrelen van kip; snuffelen aan; woelen; wroeten; wroetend onderzoeken; wurmen
hurgar peuteren; pulken aanjagen; aansporen; doorwroeten; een por geven; graaien; grabbelen; in iets rondtasten; klauteren; lospeuteren; losplukken; motiveren; opjutten; porren; rommelen; snuffelen; snuffelen aan; stoten; wroetend onderzoeken

Wiktionary Übersetzungen für pulken:


Cross Translation:
FromToVia
pulken hurgarse la nariz ↔ pick one's nose — to engage in nose-picking
pulken palpar tâtertoucher, manier doucement une chose, pour savoir si elle est dure ou molle, sec ou humide, froide ou chaude, etc.