Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. onberekenbaar:


Niederländisch

Detailübersetzungen für onberekenbaar (Niederländisch) ins Spanisch

onberekenbaar:

onberekenbaar Adjektiv

  1. onberekenbaar (wispelturig; onvoorspelbaar; nukkig; grillig)

Übersetzung Matrix für onberekenbaar:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
barroco barok
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
barroco grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig barok
cambiante grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig inconsistent; onbestendig; onstabiel; variabel; variërend; veranderlijk; wisselend; wisselvallig
caprichoso grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig barok; obstinaat
de humor variable grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd
extravagante grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig absurd; apart; barok; belachelijk; bespottelijk; bijzonder; bizar; buitengemeen; buitengewoon; buitenissig; buitensporig; curieus; eigenaardig; excentriek; excessief; extravagant; extreem; heel erg; hogelijk; lachwekkend; luxueus; merkwaardig; ongerijmd; ongewoon; overmatig; overspannen; overwerkt; ten zeerste; typisch; uitermate; uiterst; vreemd; weelderig; zeer; zonderling
imprevisible grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig chagrijnig; gemelijk; humeurig; klakkelings; knorrig; nukkig; nurks; onverhoeds; onvermoed; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; sikkeneurig; slecht gehumeurd
inconstante grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig chagrijnig; fladderig; geestelijk onstabiel; gemelijk; humeurig; inconsistent; knorrig; labiel; lichtjes; nukkig; nurks; onbestendig; onstabiel; sikkeneurig; slecht gehumeurd; variabel; variërend; veranderlijk; vlinderachtig; wisselvallig

Verwandte Wörter für "onberekenbaar":

  • onberekenbaarheid, onberekenbare