Niederländisch
Detailübersetzungen für onbeducht (Niederländisch) ins Spanisch
onbeducht:
-
onbeducht (onvervaard; stoutmoedig; koen; onverschrokken; onbevreesd; vermetel; manmoedig; kranig)
Übersetzung Matrix für onbeducht:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
impasible | koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onverschrokken; onvervaard; stoutmoedig; vermetel | bedaard; doodgemoedereerd; doodkalm; gelijkmoedig; geplaveid; kalm; kalmpjes; koel; koud; onaandoenlijk; onaangedaan; onbegaan; onberoerd; onbewogen; onderkoeld; ongehinderd; ongemoeid; ongestoord; ongevoelig; onverstoord; rustig; sereen; verhard; vrijuit |
impertérrito | koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onverschrokken; onvervaard; stoutmoedig; vermetel | nieuw; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongehinderd; ongemoeid; ongeopend; ongestoord; onverkort; onverstoorbaar; onverstoord; pas gekocht; vrijuit |
sin miedo | koen; kranig; manmoedig; onbeducht; onbevreesd; onverschrokken; onvervaard; stoutmoedig; vermetel | dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; koelbloedig; manhaftig; moedig; onversaagd; onverschrokken; stout; stoutmoedig; zonder angst; zonder vrees |