Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. kerstenen:
  2. kerst:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kersten (Niederländisch) ins Spanisch

kerstenen:

kerstenen Verb (kersten, kerstent, kerstende, kerstenden, gekerstend)

  1. kerstenen

Konjugationen für kerstenen:

o.t.t.
  1. kersten
  2. kerstent
  3. kerstent
  4. kerstenen
  5. kerstenen
  6. kerstenen
o.v.t.
  1. kerstende
  2. kerstende
  3. kerstende
  4. kerstenden
  5. kerstenden
  6. kerstenden
v.t.t.
  1. heb gekerstend
  2. hebt gekerstend
  3. heeft gekerstend
  4. hebben gekerstend
  5. hebben gekerstend
  6. hebben gekerstend
v.v.t.
  1. had gekerstend
  2. had gekerstend
  3. had gekerstend
  4. hadden gekerstend
  5. hadden gekerstend
  6. hadden gekerstend
o.t.t.t.
  1. zal kerstenen
  2. zult kerstenen
  3. zal kerstenen
  4. zullen kerstenen
  5. zullen kerstenen
  6. zullen kerstenen
o.v.t.t.
  1. zou kerstenen
  2. zou kerstenen
  3. zou kerstenen
  4. zouden kerstenen
  5. zouden kerstenen
  6. zouden kerstenen
en verder
  1. ben gekerstend
  2. bent gekerstend
  3. is gekerstend
  4. zijn gekerstend
  5. zijn gekerstend
  6. zijn gekerstend
diversen
  1. kersten!
  2. kerstent!
  3. gekerstend
  4. kerstenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kerstenen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
cristianizar kerstenen

kerst:

kerst [de ~] Nomen

  1. de kerst
    la Navidad; la época navideña; la Navidades

Übersetzung Matrix für kerst:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Navidad kerst Kerst; kerstmis; kersttijd
Navidades kerst kersttijd
época navideña kerst kersttijd
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Navidad Kerstmis

Verwandte Wörter für "kerst":

  • kersten

Wiktionary Übersetzungen für kerst:


Cross Translation:
FromToVia
kerst Navidad Christmas — Christian holiday