Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. burgerlijk:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für burgerlijker (Niederländisch) ins Spanisch

burgerlijker form of burgerlijk:

burgerlijk Adjektiv

  1. burgerlijk (bourgeois; kneuterig; burgermannetjesachtig)
    burgués; cursi; civil; pequeñoburgués

Übersetzung Matrix für burgerlijk:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
civil burger; staatsburger
cursi troel; troela; trut
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
burgués bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig bekrompen; kleinburgerlijk; kleinsteeds
civil bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig civiel
cursi bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig aanstellerig; kitscherig; overdreven; theatraal
pequeñoburgués bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig kleinburgerlijk; kleinhartig; kleinsteeds; kneuterig

Verwandte Wörter für "burgerlijk":

  • burgerlijkheid, burgerlijker, burgerlijkere, burgerlijkst, burgerlijkste, burgerlijke

Verwandte Definitionen für "burgerlijk":

  1. akelig braaf en gewoon1
    • het is burgerlijk om precies om zes uur te eten1
  2. als je inwoner van een gemeente bent1
    • een geboorte moet je melden bij de burgerlijke stand1

Wiktionary Übersetzungen für burgerlijk:


Cross Translation:
FromToVia
burgerlijk civil civil — Related to people and government office as opposed to miliary or religion
burgerlijk civil bürgerlich — auf die Staatsbürger, oder die Bürger eines Gemeinwesens, bezogen
burgerlijk burgués bürgerlich — auf die Menschen bezogen, die dem Bürgertum angehören
burgerlijk civil civilcitoyen ; relatif aux citoyens.