Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. broeders:
  2. broeder:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für broeders (Niederländisch) ins Spanisch

broeders:

broeders [de ~] Nomen, Plural

  1. de broeders (broers)
    el hermanos; el monjes; el religioso; el religiosos
  2. de broeders (kloosterlingen; kloosterbroeders)
    el monjes; el hermanos

Übersetzung Matrix für broeders:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
hermanos broeders; broers; kloosterbroeders; kloosterlingen broer en zus
monjes broeders; broers; kloosterbroeders; kloosterlingen
religioso broeders; broers broeder-onderwijzer; frater; godsdienstige; godvruchtige; kloosterbroeder; lekenbroeder; ordebroeder; vrome
religiosos broeders; broers
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
religioso devoot; geestelijk; gelovig; godsdienstig; godsvruchtig; godvruchtig; godzalig; kerkelijk; kerks; kerksgezind; religieus; vroom

Verwandte Wörter für "broeders":


Wiktionary Übersetzungen für broeders:


Cross Translation:
FromToVia
broeders hermanos brothers — male siblings

broeders form of broeder:

broeder [de ~ (m)] Nomen

  1. de broeder (broer)
    el hermano; el cofrade
  2. de broeder (kloosterling; monnik; frater)
    el monje; el padre; el cura; el fraile
  3. de broeder (lekenbroeder)
    el hermano; el hermano lego
  4. de broeder (verpleger; hulp; ziekenoppasser; diaken; ziekenbroeder)
    el enfermero; el auxiliar de clínica; el camillero
  5. de broeder (geestelijke; bedienaar van de godsdienst)
    el eclesiástico; el guía espiritual; el pastor

Übersetzung Matrix für broeder:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
auxiliar de clínica broeder; diaken; hulp; verpleger; ziekenbroeder; ziekenoppasser
camillero broeder; diaken; hulp; verpleger; ziekenbroeder; ziekenoppasser
cofrade broeder; broer
cura broeder; frater; kloosterling; monnik herder; pastor; predikant; verkondiger; zielzorger
eclesiástico bedienaar van de godsdienst; broeder; geestelijke geestelijk herder; herder; hoeder; pastoor; zielzorger
enfermero broeder; diaken; hulp; verpleger; ziekenbroeder; ziekenoppasser verpleegkundige; ziekenbroeder; ziekenverpleger
fraile broeder; frater; kloosterling; monnik broeder-onderwijzer; frater; kloosterbroeder; lekenbroeder; ordebroeder
guía espiritual bedienaar van de godsdienst; broeder; geestelijke geestelijk herder; herder; hoeder; pastoor; zielzorger
hermano broeder; broer; lekenbroeder broeder-onderwijzer; frater; ordebroeder
hermano lego broeder; lekenbroeder
monje broeder; frater; kloosterling; monnik
padre broeder; frater; kloosterling; monnik geestelijke; ouder; pater; priester; vader
pastor bedienaar van de godsdienst; broeder; geestelijke dominee; geestelijk herder; herder; herdersjongen; hoeder; pastoor; pastor; predikant; prediker; schapenhoeder; scheper; veehoeder; verkondiger; voorganger; zielzorger
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
eclesiástico geestelijk; gelovig; godsdienstig; godvruchtig; kerkelijk; religieus; vroom

Verwandte Wörter für "broeder":

  • broederen, broeders, broedertje, broedertjes

Wiktionary Übersetzungen für broeder:


Cross Translation:
FromToVia
broeder hermano; par brother — male sibling
broeder hermano brother — male fellow member of a religious community
broeder hermano brother — male having parents in common
broeder enfermero; enfermera infirmier — Celui qui soigner et sert les malades dans une infirmerie, dans un hôpital, dans une ambulance.