Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. bezoekuur:


Niederländisch

Detailübersetzungen für bezoekuur (Niederländisch) ins Spanisch

bezoekuur:

bezoekuur [het ~] Nomen

  1. het bezoekuur (bezoektijd)
    la consulta; el horario de visita; la hora de consulta; la hora de visita

Übersetzung Matrix für bezoekuur:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
consulta bezoektijd; bezoekuur advies; artsenpraktijk; consult; consultatie; ervaring; praktijk; query; raad; raadgeving; raadpleging; routine; ruggespraak; spreekkamer; spreekuur
hora de consulta bezoektijd; bezoekuur
hora de visita bezoektijd; bezoekuur
horario de visita bezoektijd; bezoekuur

Verwandte Wörter für "bezoekuur":

  • bezoekuren