Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. dubbel:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für dubbel (Niederländisch) ins Spanisch

dubbel:

dubbel Adjektiv

  1. dubbel
    doble; doblemente

dubbel [znw.] Nomen

  1. dubbel (stuntman; double)
    el temerario; el especialista; el doble

Übersetzung Matrix für dubbel:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
doble double; dubbel; stuntman doubleren; dubbele; dubbelspel; tweevoud; verdubbelen
especialista double; dubbel; stuntman deskundige; expert; specialist; specialiste; vakkundige; vakman
temerario double; dubbel; stuntman
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
doble dubbel tweeledig; tweepersoons; tweevoudig
doblemente dubbel
temerario baldadig; doldriest; lichthoofdig; lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig

Verwandte Wörter für "dubbel":


Antonyme für "dubbel":


Verwandte Definitionen für "dubbel":

  1. bestaande uit twee gelijke dingen1
    • ze hebben dubbel glas in de ramen1

Wiktionary Übersetzungen für dubbel:

dubbel
adjective
  1. tweemaal voorhanden

Cross Translation:
FromToVia
dubbel doble dual — double
dubbel doble doppelt — in zweifacher Ausführung
dubbel doble double — Qui valoir, qui pèse ou qui contenir deux fois autant.

Verwandte Übersetzungen für dubbel