Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. transistor:
Spanisch nach Niederländisch:   mehr Daten
  1. transistor:


Niederländisch

Suggestions for transistor in Niederländisch

Spelling Suggestions for: transistor


Wiktionary Übersetzungen für transistor:

transistor
noun
  1. elektrotechniek|nld, elektronica|nld één van de belangrijkste uitvindingen van de twintigste eeuw, halfgeleider die elektrische signalen versterkt. Voorloper van het geïntegreerde circuit en daarmee basiselement van de computer en van internet

Cross Translation:
FromToVia
transistor transistor transistor — solid-state semiconductor device, with three terminals

Computerübersetzung von Drittern:


Spanisch

Suggestions for transistor in Spanisch

Spelling Suggestions for: transistor


Wiktionary Übersetzungen für transistor:

transistor
noun
  1. elektrotechniek|nld, elektronica|nld één van de belangrijkste uitvindingen van de twintigste eeuw, halfgeleider die elektrische signalen versterkt. Voorloper van het geïntegreerde circuit en daarmee basiselement van de computer en van internet
  2. elektronica|nld draagbaar radiotoestel, waarin transistors de actieve functies implementeren

Cross Translation:
FromToVia
transistor transistor transistor — solid-state semiconductor device, with three terminals

Computerübersetzung von Drittern: