Naamwoord: niederländische und spanische Suchergebnisse gefunden im Interglot Wörterbuch

Übersicht

Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten

Niederländisch

Detailübersetzungen für naamwoord (Niederländisch) ins Spanisch

het naamwoord
el sustantivo; el adjetivo
- sustantivo [el ~] Nomen
- adjetivo [el ~] Nomen
het naamwoord (substantief; zelfstandig naamwoord; znw.)
el substantivo
- substantivo [el ~] Nomen

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
adjetivo	naamwoord	adjectief; bijvoeglijk naamwoord
substantivo	naamwoord; substantief; zelfstandig naamwoord; znw.
sustantivo	naamwoord
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
adjetivo		adjectivisch; adjectivistisch; bijvoeglijk

naamwoord

noun

een woord dat een persoon of zaak noemt, bepaalt of aanduidt
- naamwoord → nombre