Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Spanisch ->Suche: magisch

Niederländische und spanische Suchergebnisse für: magisch

Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. magisch:
  2. Wiktionary:

Niederländisch

Detailübersetzungen für magisch (Niederländisch) ins Spanisch

magisch:

magisch Adjektiv

  1. magisch
    mágico
  2. magisch (toverachtig)
    mágico; encantador

Übersetzung Matrix für magisch:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
mágico heksenmeester
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
encantador magisch; toverachtig aanlokkelijk; aantrekkelijk; aantrekkelijke; aanvallig; aardig; aimabel; alleraardigst; allerliefst; attractief; beheksend; bekoorlijk; beminnelijk; betoverend; bevallig; charmant; dottig; droomachtig; enig; feeëriek; genegenheid opwekkend; heerlijk; idyllisch; innemend; knap; lief; mieters; minzaam; mooi; prettig; schattig; snoeperig; snoezig; sprookjesachtig; toverachtig; verrukkelijk; vertederend; zalig
mágico magisch; toverachtig beheksend; betoverend; droomachtig; feeëriek; idyllisch; sprookjesachtig; toverachtig

Verwandte Wörter für "magisch":

  • magische

Wiktionary Übersetzungen für magisch:

magisch
adjective
  1. met een bijzondere, bovennatuurlijke betekenis







Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0294 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden