Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. zitplaatsen:
  2. zitplaats:
  3. Wiktionary:
    • zitplaats → seat


Niederländisch

Detailübersetzungen für zitplaatsen (Niederländisch) ins Englisch

zitplaatsen:

zitplaatsen [de ~] Nomen, Plural

  1. de zitplaatsen
    the seats

Übersetzung Matrix für zitplaatsen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
seats zitplaatsen seats; stoelen; zetels; zitjes

Verwandte Wörter für "zitplaatsen":


zitplaatsen form of zitplaats:

zitplaats [de ~] Nomen

  1. de zitplaats (zitbank; bank)
    the couch; the bench; the seat
  2. de zitplaats (zetel)
    the seat; the bench; the chair; the front bench; the work-bench

Übersetzung Matrix für zitplaats:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bench bank; zetel; zitbank; zitplaats rechtscollege
chair zetel; zitplaats crapaud; gestoelte; leerstoel; stoel; voorzitter; zetel
couch bank; zitbank; zitplaats bank; canapé; ligbank; rustbank; rustbed; sofa; zitbank
front bench zetel; zitplaats voorbank
seat bank; zetel; zitbank; zitplaats bril; comfort; ruiter; voorbank; zit
work-bench zetel; zitplaats werkbank

Verwandte Wörter für "zitplaats":


Wiktionary Übersetzungen für zitplaats:

zitplaats
noun
  1. place in which to sit

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für zitplaatsen