Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. verwikkelen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verwikkelen (Niederländisch) ins Englisch

verwikkelen:

verwikkelen

  1. verwikkelen (erbij betrekken)

verwikkelen Verb (verwikkel, verwikkelt, verwikkelde, verwikkelden, verwikkeld)

  1. verwikkelen
    to entangle; intricate; to complicate

Konjugationen für verwikkelen:

o.t.t.
  1. verwikkel
  2. verwikkelt
  3. verwikkelt
  4. verwikkelen
  5. verwikkelen
  6. verwikkelen
o.v.t.
  1. verwikkelde
  2. verwikkelde
  3. verwikkelde
  4. verwikkelden
  5. verwikkelden
  6. verwikkelden
v.t.t.
  1. heb verwikkeld
  2. hebt verwikkeld
  3. heeft verwikkeld
  4. hebben verwikkeld
  5. hebben verwikkeld
  6. hebben verwikkeld
v.v.t.
  1. had verwikkeld
  2. had verwikkeld
  3. had verwikkeld
  4. hadden verwikkeld
  5. hadden verwikkeld
  6. hadden verwikkeld
o.t.t.t.
  1. zal verwikkelen
  2. zult verwikkelen
  3. zal verwikkelen
  4. zullen verwikkelen
  5. zullen verwikkelen
  6. zullen verwikkelen
o.v.t.t.
  1. zou verwikkelen
  2. zou verwikkelen
  3. zou verwikkelen
  4. zouden verwikkelen
  5. zouden verwikkelen
  6. zouden verwikkelen
diversen
  1. verwikkel!
  2. verwikkelt!
  3. verwikkeld
  4. verwikkelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verwikkelen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
complicate verwikkelen compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken
entangle verwikkelen compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken
intricate verwikkelen
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
intricate complex; gecompliceerd; ingewikkeld
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
involve erbij betrekken; verwikkelen

Wiktionary Übersetzungen für verwikkelen:

verwikkelen
verb
  1. involve in complications

Cross Translation:
FromToVia
verwikkelen entangle; implicate; ensnare; involve empêtrerengager dans des entraves, dans ce qui gêner. — note Il se dit proprement parler des pieds, des jambes.
verwikkelen entangle; implicate; ensnare; involve entortillerenvelopper un objet dans quelque chose que l’on tortiller ou tortiller quelque chose autour d’un objet.