Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. vertakken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für vertakt (Niederländisch) ins Englisch

vertakken:

vertakken Verb (vertak, vertakt, vertakte, vertakten, vertakt)

  1. vertakken (aftakken)
    branch off; to branch; fork off

Konjugationen für vertakken:

o.t.t.
  1. vertak
  2. vertakt
  3. vertakt
  4. vertakken
  5. vertakken
  6. vertakken
o.v.t.
  1. vertakte
  2. vertakte
  3. vertakte
  4. vertakten
  5. vertakten
  6. vertakten
v.t.t.
  1. heb vertakt
  2. hebt vertakt
  3. heeft vertakt
  4. hebben vertakt
  5. hebben vertakt
  6. hebben vertakt
v.v.t.
  1. had vertakt
  2. had vertakt
  3. had vertakt
  4. hadden vertakt
  5. hadden vertakt
  6. hadden vertakt
o.t.t.t.
  1. zal vertakken
  2. zult vertakken
  3. zal vertakken
  4. zullen vertakken
  5. zullen vertakken
  6. zullen vertakken
o.v.t.t.
  1. zou vertakken
  2. zou vertakken
  3. zou vertakken
  4. zouden vertakken
  5. zouden vertakken
  6. zouden vertakken
diversen
  1. vertak!
  2. vertakt!
  3. vertakt
  4. vertakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

vertakken [znw.] Nomen

  1. vertakken (aftakken)
    the branching

Übersetzung Matrix für vertakken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
branch afdeling; agentschap; bedrijfstak; beroepsgroep; bijkantoor; boomtak; branche; branche-element; deelsoort; departement; detachement; economische sector; ent; filiaal; hulpkantoor; loot; sectie; tak; takje; twijg; vakgroep; vertakking; voorwaardelijke branche; zijtak
branching aftakken; vertakken onderafdeling; vertakking
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
branch aftakken; vertakken uitvoeren als vertakking; vertakking
branch off aftakken; vertakken
fork off aftakken; vertakken