Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Englisch ->übersetze stamvaders

übersetze stamvaders von Niederländische ins Englisch

Übersicht

Niederländisch nach Englisch: mehr Daten

stamvaders:
- forefathers; ancestors; forbears
stamvader:
- instigator; founder
Wiktionary:
- stamvader → progenitor
- stamvader → forefather, ancestor, ascendant

Niederländisch

Detailübersetzungen für stamvaders (Niederländisch) ins Englisch

stamvaders:

stamvaders [de ~] Nomen, Plural

de stamvaders (oervaders)
the forefathers; the ancestors; the forbears
- forefathers [the ~] Nomen
- ancestors [the ~] Nomen
- forbears [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für stamvaders:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
ancestors	oervaders; stamvaders	hoofden van het geslacht; voorgeslacht; voorouders
forbears	oervaders; stamvaders	hoofden van het geslacht; voorgeslacht; voorouders
forefathers	oervaders; stamvaders	hoofden van het geslacht; voorgeslacht; voorouders

Verwandte Wörter für "stamvaders":

stamvader

stamvader:

stamvader [de ~ (m)] Nomen

de stamvader (grondlegger; oprichter; stichter; oprichtster; grondvester)
the instigator; the founder
- instigator [the ~] Nomen
- founder [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für stamvader:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
founder	grondlegger; grondvester; oprichter; oprichtster; stamvader; stichter	aanstichter; aanzetter; bouwheer; huisvader; instigator; oprichter; opstoker; pater familias; stichter
instigator	grondlegger; grondvester; oprichter; oprichtster; stamvader; stichter	aanstichter; aanzetter; agitator; belhamel; instigator; intrigant; oprichter; opruier; opstoker; provocateur; raddraaier; raddraaister; stichter; stokebrand; stoker
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
founder		strompelen

Verwandte Wörter für "stamvader":

stamvaders

Wiktionary Übersetzungen für stamvader:

stamvader

noun

an individual from which (a) people(s) descend
- progenitor → patriarch; stamvader

Cross Translation:

From	To	Via
• stamvader	→ forefather; ancestor	↔ Ahn — gehoben, meist Plural: Vorfahr, (Plural) Vorfahren einer Gruppe oder eines Volkes
• stamvader	→ ancestor; forefather; ascendant	↔ ancêtre — famille\|fr Celui de qui l’on descendre par son père ou sa mère.

Computerübersetzung von Drittern: