Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. nalezen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für nalezen (Niederländisch) ins Englisch

nalezen:

nalezen Verb (lees na, leest na, las na, lazen na, nagelezen)

  1. nalezen (opnieuw lezen; overlezen)
    to read over; to read again
    • read over Verb (reads over, read over, reading over)
    • read again Verb (reads again, read again, reading again)

Konjugationen für nalezen:

o.t.t.
  1. lees na
  2. leest na
  3. leest na
  4. lezen na
  5. lezen na
  6. lezen na
o.v.t.
  1. las na
  2. las na
  3. las na
  4. lazen na
  5. lazen na
  6. lazen na
v.t.t.
  1. heb nagelezen
  2. hebt nagelezen
  3. heeft nagelezen
  4. hebben nagelezen
  5. hebben nagelezen
  6. hebben nagelezen
v.v.t.
  1. had nagelezen
  2. had nagelezen
  3. had nagelezen
  4. hadden nagelezen
  5. hadden nagelezen
  6. hadden nagelezen
o.t.t.t.
  1. zal nalezen
  2. zult nalezen
  3. zal nalezen
  4. zullen nalezen
  5. zullen nalezen
  6. zullen nalezen
o.v.t.t.
  1. zou nalezen
  2. zou nalezen
  3. zou nalezen
  4. zouden nalezen
  5. zouden nalezen
  6. zouden nalezen
diversen
  1. lees na!
  2. leest na!
  3. nagelezen
  4. nalezend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für nalezen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
read again nalezen; opnieuw lezen; overlezen herlezen; overlezen
read over nalezen; opnieuw lezen; overlezen herlezen; overlezen

Wiktionary Übersetzungen für nalezen:


Cross Translation:
FromToVia
nalezen read relirelire de nouveau.