"eindpunt" übersetzt von Niederländische ins Englisch--Interglot

Remove Ads

Übersicht

Niederländisch nach Englisch: mehr Daten

eindpunt:
- destination; objective; terminus; distance; width; space; bit; little way; end; finish; finishing point; finishing line; ultimate destination; terminal; endpoint

Niederländisch

Detailübersetzungen für eindpunt (Niederländisch) ins Englisch

eindpunt:

eindpunt [het ~] Nomen

het eindpunt (reisbestemming; bestemming; doel)
the destination; the objective; the terminus
- destination [the ~] Nomen
- objective [the ~] Nomen
- terminus [the ~] Nomen
het eindpunt (afstand; distantie)
the distance; the width; the space; the bit; the little way; the end
- distance [the ~] Nomen
- width [the ~] Nomen
- space [the ~] Nomen
- bit [the ~] Nomen
- little way [the ~] Nomen
- end [the ~] Nomen
het eindpunt (finishlijn; finish; einde; meet; eindstreep)
the finish; the finishing point; the finishing line
- finish [the ~] Nomen
- finishing point [the ~] Nomen
- finishing line [the ~] Nomen
het eindpunt (uiteindelijke doel; bestemming; eindstation; eindhalte)
the ultimate destination; the terminal; the terminus
- ultimate destination [the ~] Nomen
- terminal [the ~] Nomen
- terminus [the ~] Nomen
het eindpunt
the endpoint
– Either of the handles that appear at the beginning or end of a selected line, arc, or other one-dimensional (1-D) shape. ¹
- endpoint [the ~] Nomen
het eindpunt
the endpoint
– A company or entity that participates in a business-to-business (B2B) or application-to-application (A2A) data exchange. ¹
- endpoint [the ~] Nomen
het eindpunt
the endpoint
– A construct that consists of an address, a binding, and a contract used for communicating with a WCF service. ¹
- endpoint [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für eindpunt:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
bit	afstand; distantie; eindpunt	bit
destination	bestemming; doel; eindpunt; reisbestemming	bestemming; doel-; doelvoorziening; reisdoel
distance	afstand; distantie; eindpunt	afstand; baan; baanvak; etappe; pad; ronde; route; tournee; traject; verte; weg
end	afstand; distantie; eindpunt	beëindiging; einde; end; finale; slot; sluiting
endpoint	eindpunt
finish	einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; meet	afkrijgen; afwerking; end; fineer; uitpraten; uitpraten tot het eind; uitspreken
finishing line	einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; meet
finishing point	einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; meet
little way	afstand; distantie; eindpunt
objective	bestemming; doel; eindpunt; reisbestemming	doel; doeleinde; doelstelling; einddoel; inzet; oogmerk; opzet; plan; planning; streven; toeleg
space	afstand; distantie; eindpunt	Space; heelal; kloof; luchtruim; opening; periode; ruimte; spatie; spleet; termijn; tijdsbestek; tijdsduur; tussenruimte; uitsparing; universum; wereldruimte
terminal	bestemming; eindhalte; eindpunt; eindstation; uiteindelijke doel	eindhalte; eindstation; kopstation; laatste halte
terminus	bestemming; doel; eindhalte; eindpunt; eindstation; reisbestemming; uiteindelijke doel	eindhalte; kopstation; laatste halte; uiteinde
ultimate destination	bestemming; eindhalte; eindpunt; eindstation; uiteindelijke doel
width	afstand; distantie; eindpunt	breedheid; breedte; spanbreedte; spanwijdte; wijdte
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
end		aankomen; afgrenzen; afkrijgen; aflopen; afmaken; afronden; afsluiten; afwerken; begrenzen; belanden; beslissen; besluiten; beëindigen; completeren; een einde maken aan; eindigen; finishen; geraken; gesprek beëindigen; halthouden; klaarkrijgen; klaarmaken; naar einde toewerken; ophouden; stoppen; ten einde lopen; teneindelopen; terechtkomen; van grenzen voorzien; verzeilen; volbrengen; volmaken; voltooien
finish		aankomen; afdoen; afkrijgen; aflopen; afmaken; afronden; afsluiten; afwerken; beslissen; besluiten; beëindigen; completeren; een einde maken aan; eindigen; fiksen; finishen; garneren; in orde maken; klaarkrijgen; klaarmaken; klaarspelen; klaren; ledigen; leegdrinken; leegeten; leeghalen; leegmaken; naar einde toewerken; opdrinken; opeten; opgebruiken; ophouden; opkrijgen; opmaken; opruimen; opsmukken; perfectioneren; regelen; reinigen; schoonmaken; schotels garneren; stoppen; ten einde lopen; uitdrinken; uithalen; uitkrijgen; uitmesten; uitpraten; uitruimen; uitspelen; uitspreken; versieren; vervolledigen; vervolmaken; volbrengen; volledig maken; volmaken; voltooien; voor elkaar krijgen
space		spatieren; spatiëren; van spaties voorzien
Adjective	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
objective		objectief; onpartijdig
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
bit		beetje

übersetze eindpunt von Niederländische ins Englisch

Detailübersetzungen für eindpunt (Niederländisch) ins Englisch

eindpunt:

eindpunt [het ~] Nomen

het eindpunt (reisbestemming; bestemming; doel)

het eindpunt (afstand; distantie)

het eindpunt (finishlijn; finish; einde; meet; eindstreep)

het eindpunt (uiteindelijke doel; bestemming; eindstation; eindhalte)

het eindpunt

het eindpunt

het eindpunt

Übersetzung Matrix für eindpunt:

Verwandte Wörter für "eindpunt":