Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. afgeschaft:
  2. afschaffen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für afgeschaft (Niederländisch) ins Englisch

afgeschaft:

afgeschaft Adjektiv

  1. afgeschaft
    deprecated
    – Pertaining to a software feature or programming object that is outdated and should not be used. A deprecated item is currently supported for backward compatibility, but it might become obsolete and unsupported in the future. 1

Übersetzung Matrix für afgeschaft:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
deprecated afgeschaft

afschaffen:

afschaffen Verb (schaf af, schaft af, schafte af, schaften af, afgeschaft)

  1. afschaffen
    to discard
    • discard Verb (discards, discarded, discarding)

Konjugationen für afschaffen:

o.t.t.
  1. schaf af
  2. schaft af
  3. schaft af
  4. schaffen af
  5. schaffen af
  6. schaffen af
o.v.t.
  1. schafte af
  2. schafte af
  3. schafte af
  4. schaften af
  5. schaften af
  6. schaften af
v.t.t.
  1. heb afgeschaft
  2. hebt afgeschaft
  3. heeft afgeschaft
  4. hebben afgeschaft
  5. hebben afgeschaft
  6. hebben afgeschaft
v.v.t.
  1. had afgeschaft
  2. had afgeschaft
  3. had afgeschaft
  4. hadden afgeschaft
  5. hadden afgeschaft
  6. hadden afgeschaft
o.t.t.t.
  1. zal afschaffen
  2. zult afschaffen
  3. zal afschaffen
  4. zullen afschaffen
  5. zullen afschaffen
  6. zullen afschaffen
o.v.t.t.
  1. zou afschaffen
  2. zou afschaffen
  3. zou afschaffen
  4. zouden afschaffen
  5. zouden afschaffen
  6. zouden afschaffen
diversen
  1. schaf af!
  2. schaft af!
  3. afgeschaft
  4. afschaffende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

afschaffen [znw.] Nomen

  1. afschaffen (uit de dienst ontslaan; ontslaan; afdanken)
    the discharge; the firing; the dismissal

Übersetzung Matrix für afschaffen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
discharge afdanken; afschaffen; ontslaan; uit de dienst ontslaan afvoer; afwatering; decharge; emissie; kwijting; loslating; lossing; lozing; ontlading; ontslaan van werknemers; ontslag; plotselinge uitbarsting; uitlading; uitstoot; vrijlating; waterafvoer
dismissal afdanken; afschaffen; ontslaan; uit de dienst ontslaan afdanking; afkeuring; afwijzing; congé; loslating; ontslaan van werknemers; ontslag; rejectie; terugwijzing; uitstoot; verwerping; verworpenheid; vrijlating; weigering
firing afdanken; afschaffen; ontslaan; uit de dienst ontslaan
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
discard afschaffen afdanken; ecarteren; ontdoen; verwijderen; zich van iets ontdoen
discharge aan de dijk zetten; afdanken; afladen; afscheiden; afvloeien; afvoeren; congé geven; dwingen ontslag te nemen; eruit gooien; iets uitladen; kwijten; lossen; lozen; ontheffen; ontladen; ontslaan; pasporteren; uitscheiden; uitstoten; uitsturen; uitwerpen; van zijn positie verdrijven; verzenden; wegsturen; wegzenden

Wiktionary Übersetzungen für afschaffen:

afschaffen
verb
  1. tot een einde brengen
afschaffen
verb
  1. To eliminate or do without
  2. to annul by an authoritative act
  3. to end a law
  4. to cancel

Cross Translation:
FromToVia
afschaffen abolish abolirmettre hors d’usage, réduire à néant.
afschaffen abolish; annul; cancel; drop; lift; negate; nullify; repeal; rescind; void; abrogate; abate annulerrendre nul.
afschaffen get rid of; abolish; delete; annul; nullify supprimer — Traductions à trier suivant le sens
afschaffen take away; get out; take off; take; remove ôtertirer une chose de la place où elle est. Se dit aussi en parlant des personnes et des animaux.