Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. honoreren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für honoreren (Niederländisch) ins Englisch

honoreren:

honoreren Verb (honoreer, honoreert, honoreerde, honoreerden, gehonoreerd)

  1. honoreren (belonen; betalen; bezoldigen; salariëren)
    remunerate; to reward; to honour; to pay; to repay; to honor
    • remunerate Verb
    • reward Verb (rewards, rewarded, rewarding)
    • honour Verb, britisch (honours, honoured, honouring)
    • pay Verb (pays, paid, paying)
    • repay Verb (repays, repaid, repaying)
    • honor Verb, amerikanisch (honors, honored, honoring)

Konjugationen für honoreren:

o.t.t.
  1. honoreer
  2. honoreert
  3. honoreert
  4. honoreren
  5. honoreren
  6. honoreren
o.v.t.
  1. honoreerde
  2. honoreerde
  3. honoreerde
  4. honoreerden
  5. honoreerden
  6. honoreerden
v.t.t.
  1. heb gehonoreerd
  2. hebt gehonoreerd
  3. heeft gehonoreerd
  4. hebben gehonoreerd
  5. hebben gehonoreerd
  6. hebben gehonoreerd
v.v.t.
  1. had gehonoreerd
  2. had gehonoreerd
  3. had gehonoreerd
  4. hadden gehonoreerd
  5. hadden gehonoreerd
  6. hadden gehonoreerd
o.t.t.t.
  1. zal honoreren
  2. zult honoreren
  3. zal honoreren
  4. zullen honoreren
  5. zullen honoreren
  6. zullen honoreren
o.v.t.t.
  1. zou honoreren
  2. zou honoreren
  3. zou honoreren
  4. zouden honoreren
  5. zouden honoreren
  6. zouden honoreren
en verder
  1. ben gehonoreerd
  2. bent gehonoreerd
  3. is gehonoreerd
  4. zijn gehonoreerd
  5. zijn gehonoreerd
  6. zijn gehonoreerd
diversen
  1. honoreer!
  2. honoreert!
  3. gehonoreerd
  4. honorerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für honoreren:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
honor decoratie; eer; eerbewijs; eergevoel; ere; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; prijs; ridderorde; trots
honour decoratie; eer; eerbewijs; eergevoel; eervolle onderscheiding; ere; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; prijs; ridderorde; trots
pay arbeidsloon; bezoldiging; gage; honorarium; inkomen; inkomen uit onderneming; loon; loonzakje; salaris; salariëring; soldij; traktement; verdienste; wedde
reward beloning; loon; vergoeding; vindersloon
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
honor belonen; betalen; bezoldigen; honoreren; salariëren eer aandoen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; functie bekleden; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; ovatie brengen; vervullen
honour belonen; betalen; bezoldigen; honoreren; salariëren eer aandoen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; functie bekleden; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; ovatie brengen; vervullen
pay belonen; betalen; bezoldigen; honoreren; salariëren afrekenen; bekostigen; besteden; betalen; bijleggen; dokken; lonen; meebetalen; spenderen; uitbetalen; uitgeven; vereffenen; verrekenen; voldoen
remunerate belonen; betalen; bezoldigen; honoreren; salariëren
repay belonen; betalen; bezoldigen; honoreren; salariëren afkopen; schadeloosstellen; terugbetalen; tevredenstellen; vergelden; vergoeden; wreken
reward belonen; betalen; bezoldigen; honoreren; salariëren

Wiktionary Übersetzungen für honoreren:

honoreren
verb
  1. belonen voor arbeid
    • honorerenpay
  2. als geldig erkennen

Cross Translation:
FromToVia
honoreren believe; deem; account; accredit; acknowledge; recognize; concede; admit; avow croiretenir pour véritable.
honoreren acknowledge; recognize; concede; admit; avow homologuer — juri|fr confirmer par un acte spécial un acte fait par des particuliers ou un acte d’autorité de justice.