Niederländisch
Detailübersetzungen für uitslaan (Niederländisch) ins Englisch
uitslaan:
-
uitslaan (openvouwen; ontvouwen; uitspreiden; uitklappen; uitvouwen; openspreiden)
-
uitslaan (bal buiten de lijnen slaan)
Konjugationen für uitslaan:
o.t.t.
- sla uit
- slaat uit
- slaat uit
- slaan uit
- slaan uit
- slaan uit
o.v.t.
- sloeg uit
- sloeg uit
- sloeg uit
- sloegen uit
- sloegen uit
- sloegen uit
v.t.t.
- ben uitgeslagen
- bent uitgeslagen
- is uitgeslagen
- zijn uitgeslagen
- zijn uitgeslagen
- zijn uitgeslagen
v.v.t.
- was uitgeslagen
- was uitgeslagen
- was uitgeslagen
- waren uitgeslagen
- waren uitgeslagen
- waren uitgeslagen
o.t.t.t.
- zal uitslaan
- zult uitslaan
- zal uitslaan
- zullen uitslaan
- zullen uitslaan
- zullen uitslaan
o.v.t.t.
- zou uitslaan
- zou uitslaan
- zou uitslaan
- zouden uitslaan
- zouden uitslaan
- zouden uitslaan
diversen
- sla uit!
- slaat uit!
- uitgeslagen
- uitslaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für uitslaan:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
fold open | ontvouwen; openspreiden; openvouwen; uitklappen; uitslaan; uitspreiden; uitvouwen | |
fold out | ontvouwen; openspreiden; openvouwen; uitklappen; uitslaan; uitspreiden; uitvouwen | uitsmeren |
hit out | bal buiten de lijnen slaan; uitslaan | |
hit the ball out | bal buiten de lijnen slaan; uitslaan | |
spread out | ontvouwen; openspreiden; openvouwen; uitklappen; uitslaan; uitspreiden; uitvouwen | uitsmeren |
unfold | ontvouwen; openspreiden; openvouwen; uitklappen; uitslaan; uitspreiden; uitvouwen | afrollen; ontplooien; ontrollen; ontwikkelen; openklappen; tot ontwikkeling brengen; uiteenvouwen; uitrollen; uitsmeren |
Computerübersetzung von Drittern: