Niederländisch
Detailübersetzungen für verstillen (Niederländisch) ins Deutsch
verstillen:
-
verstillen (verstommen)
Konjugationen für verstillen:
o.t.t.
- verstil
- verstilt
- verstilt
- verstillen
- verstillen
- verstillen
o.v.t.
- verstilde
- verstilde
- verstilde
- verstilden
- verstilden
- verstilden
v.t.t.
- ben verstild
- bent verstild
- is verstild
- zijn verstild
- zijn verstild
- zijn verstild
v.v.t.
- was verstild
- was verstild
- was verstild
- waren verstild
- waren verstild
- waren verstild
o.t.t.t.
- zal verstillen
- zult verstillen
- zal verstillen
- zullen verstillen
- zullen verstillen
- zullen verstillen
o.v.t.t.
- zou verstillen
- zou verstillen
- zou verstillen
- zouden verstillen
- zouden verstillen
- zouden verstillen
diversen
- verstil!
- verstilt!
- verstild
- verstillend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für verstillen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
schweigen | verstillen; verstommen | mondhouden; niets zeggen; stil zijn; z'n mond houden; zwijgen |
stillwerden | verstillen; verstommen | |
verstummen | verstillen; verstommen |