Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. tweesprongen:
  2. tweesprong:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für tweesprongen (Niederländisch) ins Deutsch

tweesprongen:

tweesprongen [de ~] Nomen, Plural

  1. de tweesprongen
    die Weggabelungen

Übersetzung Matrix für tweesprongen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Weggabelungen tweesprongen

Verwandte Wörter für "tweesprongen":


tweesprongen form of tweesprong:

tweesprong [de ~ (m)] Nomen

  1. de tweesprong (wegsplitsing)
    die Abzweigung; die Gabelung

Übersetzung Matrix für tweesprong:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Abzweigung tweesprong; wegsplitsing aftakking; driesprong; kruising; kruising van straten; kruispunt; splitsing; vertakking; wegkruising; wegsplitsing
Gabelung tweesprong; wegsplitsing aftakking; driesprong; knooppunt; kruising; kruising van straten; kruispunt; opsplitsing; overtocht; overvaart; splitsing; verkeersknooppunt; vertakking; wegkruising; wegsplitsing; zijtak

Verwandte Wörter für "tweesprong":


Wiktionary Übersetzungen für tweesprong:


Cross Translation:
FromToVia
tweesprong Gabelung bifurcation — any place where one divides into two