Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. theoretiseren:


Niederländisch

Detailübersetzungen für theoretiseren (Niederländisch) ins Deutsch

theoretiseren:

theoretiseren Verb (theoretiseer, theoretiseert, theoretiseerde, theoretiseerden, getheoretiseerd)

  1. theoretiseren
    theoretisieren
    • theoretisieren Verb (theorisiere, theorisierst, theorisiert, theorisierte, theorisiertet, theorisiert)

Konjugationen für theoretiseren:

o.t.t.
  1. theoretiseer
  2. theoretiseert
  3. theoretiseert
  4. theoretiseren
  5. theoretiseren
  6. theoretiseren
o.v.t.
  1. theoretiseerde
  2. theoretiseerde
  3. theoretiseerde
  4. theoretiseerden
  5. theoretiseerden
  6. theoretiseerden
v.t.t.
  1. heb getheoretiseerd
  2. hebt getheoretiseerd
  3. heeft getheoretiseerd
  4. hebben getheoretiseerd
  5. hebben getheoretiseerd
  6. hebben getheoretiseerd
v.v.t.
  1. had getheoretiseerd
  2. had getheoretiseerd
  3. had getheoretiseerd
  4. hadden getheoretiseerd
  5. hadden getheoretiseerd
  6. hadden getheoretiseerd
o.t.t.t.
  1. zal theoretiseren
  2. zult theoretiseren
  3. zal theoretiseren
  4. zullen theoretiseren
  5. zullen theoretiseren
  6. zullen theoretiseren
o.v.t.t.
  1. zou theoretiseren
  2. zou theoretiseren
  3. zou theoretiseren
  4. zouden theoretiseren
  5. zouden theoretiseren
  6. zouden theoretiseren
en verder
  1. ben getheoretiseerd
  2. bent getheoretiseerd
  3. is getheoretiseerd
  4. zijn getheoretiseerd
  5. zijn getheoretiseerd
  6. zijn getheoretiseerd
diversen
  1. theoretiseer!
  2. theoretiseert!
  3. getheoretiseerd
  4. theoretiserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für theoretiseren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
theoretisieren theoretiseren