Niederländisch
Detailübersetzungen für populariseren (Niederländisch) ins Deutsch
populariseren:
-
populariseren
popularisieren-
popularisieren Verb (popularisiere, popularisierst, popularisiert, popularisierte, popularisiertet, popularisiert)
-
Konjugationen für populariseren:
o.t.t.
- populariseer
- populariseert
- populariseert
- populariseren
- populariseren
- populariseren
o.v.t.
- populariseerde
- populariseerde
- populariseerde
- populariseerden
- populariseerden
- populariseerden
v.t.t.
- heb gepopulariseerd
- hebt gepopulariseerd
- heeft gepopulariseerd
- hebben gepopulariseerd
- hebben gepopulariseerd
- hebben gepopulariseerd
v.v.t.
- had gepopulariseerd
- had gepopulariseerd
- had gepopulariseerd
- hadden gepopulariseerd
- hadden gepopulariseerd
- hadden gepopulariseerd
o.t.t.t.
- zal populariseren
- zult populariseren
- zal populariseren
- zullen populariseren
- zullen populariseren
- zullen populariseren
o.v.t.t.
- zou populariseren
- zou populariseren
- zou populariseren
- zouden populariseren
- zouden populariseren
- zouden populariseren
en verder
- ben gepopulariseerd
- bent gepopulariseerd
- is gepopulariseerd
- zijn gepopulariseerd
- zijn gepopulariseerd
- zijn gepopilariseerd
diversen
- populariseer!
- populariseert!
- gepopulariseerd
- populariserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für populariseren:
| Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
| popularisieren | populariseren |