Niederländisch
Detailübersetzungen für paraferen (Niederländisch) ins Deutsch
paraferen:
-
paraferen
paraphieren; abzeichnen; zeichnen; unterschreiben; signieren; unterzeichnen-
unterschreiben Verb (unterschreibe, unterschreibst, unterschreibt, unterschrieb, unterschriebt, unterschrieben)
-
unterzeichnen Verb (unterzeichne, unterzeichnest, unterzeichnet, unterzeichnte, unterzeichntet, unterzeichnet)
Konjugationen für paraferen:
o.t.t.
- parafeer
- parafeert
- parafeert
- paraferen
- paraferen
- paraferen
o.v.t.
- parafeerde
- parafeerde
- parafeerde
- parafeerden
- parafeerden
- parafeerden
v.t.t.
- heb geparafeerd
- hebt geparafeerd
- heeft geparafeerd
- hebben geparafeerd
- hebben geparafeerd
- hebben geparafeerd
v.v.t.
- had geparafeerd
- had geparafeerd
- had geparafeerd
- hadden geparafeerd
- hadden geparafeerd
- hadden geparafeerd
o.t.t.t.
- zal paraferen
- zult paraferen
- zal paraferen
- zullen paraferen
- zullen paraferen
- zullen paraferen
o.v.t.t.
- zou paraferen
- zou paraferen
- zou paraferen
- zouden paraferen
- zouden paraferen
- zouden paraferen
en verder
- is geparafeerd
- zijn geparafeerd
diversen
- parafeer!
- parafeert!
- geparafeerd
- paraferend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
paraferen
die Paraphierung
Übersetzung Matrix für paraferen:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Paraphierung | paraferen | |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
abzeichnen | paraferen | aankruisen; merken; natekenen; ondertekenen; signeren; tekenen; uitstippelen; uitzetten |
paraphieren | paraferen | ondertekenen; signeren; tekenen |
signieren | paraferen | ondertekenen; signeren; tekenen |
unterschreiben | paraferen | ondertekenen; signeren; tekenen |
unterzeichnen | paraferen | ondertekenen; signeren; tekenen |
zeichnen | paraferen | aankruisen; afbeelden; merken; ondertekenen; portretteren; schilderen; signeren; tekenen; uittekenen |