Übersicht
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
- opvolgend:
- opvolgen:
-
Wiktionary:
- opvolgen → befolgen, nachfolgen
- opvolgen → folgen
Niederländisch
Detailübersetzungen für opvolgend (Niederländisch) ins Deutsch
opvolgend:
-
opvolgend
nachvolgend-
nachvolgend Adjektiv
-
Übersetzung Matrix für opvolgend:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
nachvolgend | opvolgend |
opvolgend form of opvolgen:
Konjugationen für opvolgen:
o.t.t.
- volg op
- volgt op
- volgt op
- volgen op
- volgen op
- volgen op
o.v.t.
- volgde op
- volgde op
- volgde op
- volgden op
- volgden op
- volgden op
v.t.t.
- heb opgevolgd
- hebt opgevolgd
- heeft opgevolgd
- hebben opgevolgd
- hebben opgevolgd
- hebben opgevolgd
v.v.t.
- had opgevolgd
- had opgevolgd
- had opgevolgd
- hadden opgevolgd
- hadden opgevolgd
- hadden opgevolgd
o.t.t.t.
- zal opvolgen
- zult opvolgen
- zal opvolgen
- zullen opvolgen
- zullen opvolgen
- zullen opvolgen
o.v.t.t.
- zou opvolgen
- zou opvolgen
- zou opvolgen
- zouden opvolgen
- zouden opvolgen
- zouden opvolgen
en verder
- ben opgevolgd
- bent opgevolgd
- is opgevolgd
- zijn opgevolgd
- zijn opgevolgd
- zijn opgevolgd
diversen
- volg op!
- volgt op!
- opgevolgd
- opvolgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für opvolgen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
folgen | navolgen; opvolgen; volgen | achternazitten; achtervolgen; bewaarheid worden; blijken; gehoorzamen; gevolg geven aan; komen na; luisteren; navolgen; nazitten; resulteren; uitkomen; uitkomen bij; uitvloeien in; volgen |
nachfolgen | navolgen; opvolgen; volgen | achternagaan; achternalopen; gehoorzamen; gevolg geven aan; komen na; later komen; luisteren; nalopen; navolgen; volgen |
nachkommen | navolgen; opvolgen; volgen | achteraankomen; achternagaan; achternalopen; gehoorzamen; gevolg geven aan; later komen; luisteren; nakomen; nalopen; volgen |