Übersicht
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
- lek:
- lijken:
-
Wiktionary:
- lek → Leck
- lek → undicht, leck
- lek → platt, Stelle, undicht, Leck
- lijken → gleichen, scheinen, ähneln
- lijken → aussehen, erscheinen, scheinen, ähneln, gleichen, dünken, zum Vorschein kommen, sich zeigen, auftauchen, zutage treten, an den Tag kommen, ans Licht kommen, als … dastehen, ähnlich
Niederländisch
Detailübersetzungen für leken (Niederländisch) ins Deutsch
leken form of lek:
Übersetzung Matrix für lek:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Leck | gaatje; gat; lek; lekkage; lekken; waterlek | |
Leckage | lek; lekkage | |
Loch | gaatje; gat; lek; lekken; waterlek | box; bres; buurtschap; deuropening; gat; gehucht; opbergruimte; opening |
Punktion | lek; lekken | punctie |
Undichtigkeit | lek; lekken | |
undichte Stelle | gaatje; gat; lek; lekkage; lekken; waterlek | |
Öffnung | lek; lekken | bres; deuropening; gat; opening; openstelling |
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
leck | lek; ondicht | |
nicht zu | lek; ondicht |
Verwandte Wörter für "lek":
Wiktionary Übersetzungen für lek:
lek
Cross Translation:
noun
-
opening waardoor een vloeistof of een gas in of uit kan
- lek → Leck
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• lek | → platt | ↔ flat — of a tyre: deflated |
• lek | → Stelle; undicht; Leck | ↔ leak — hole which admits water or other fluid, or lets it escape |
• lek | → Leck | ↔ leak — entrance or escape of a fluid |
• lek | → Leck | ↔ fuite — Fente par où un liquide ou gaz fuit |
lijken:
-
lijken (schijnen; eruit zien; toeschijnen)
scheinen; beleuchten; ähneln; den Anschein haben; belichten-
den Anschein haben Verb (habe den Anschein, hast den Anschein, hat den Anschein, hatte den Anschein, hattet den Anschein, den Anschein gehabt)
Konjugationen für lijken:
o.t.t.
- lijk
- lijkt
- lijkt
- lijken
- lijken
- lijken
o.v.t.
- leek
- leek
- leek
- leken
- leken
- leken
v.t.t.
- heb geleken
- hebt geleken
- heeft geleken
- hebben geleken
- hebben geleken
- hebben geleken
v.v.t.
- had geleken
- had geleken
- had geleken
- hadden geleken
- hadden geleken
- hadden geleken
o.t.t.t.
- zal lijken
- zult lijken
- zal lijken
- zullen lijken
- zullen lijken
- zullen lijken
o.v.t.t.
- zou lijken
- zou lijken
- zou lijken
- zouden lijken
- zouden lijken
- zouden lijken
diversen
- lijk!
- lijkt!
- geleken
- lijkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für lijken:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Leichen | lijken | |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
beleuchten | eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen | belichten; beschijnen; licht laten vallen op; met licht beschijnen; verlichten |
belichten | eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen | belichten; beschijnen; licht laten vallen op; met licht beschijnen; verlichten |
den Anschein haben | eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen | |
scheinen | eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen | belichten; blaken; de schijn van iets hebben; dunken; er uitzien; excelleren; flikkeren; fonkelen; glanzen; glimmen; glinsteren; licht geven; licht laten vallen op; licht schijnen; licht uitzenden; ogen; onderscheiden; overtreffen; schijnen; schitteren; sprankelen; stralen; twinkelen; uitblinken; uitblinken boven; uitmunten; uitsteken |
ähneln | eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen | gelijken; gelijkenis vertonen met; lijken op |
- | schijnen |
Verwandte Wörter für "lijken":
Synonyms for "lijken":
Antonyme für "lijken":
Verwandte Definitionen für "lijken":
Wiktionary Übersetzungen für lijken:
lijken
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• lijken | → aussehen; erscheinen | ↔ appear — To seem; to have a certain semblance; to look |
• lijken | → aussehen; scheinen | ↔ look — to appear, to seem |
• lijken | → ähneln; gleichen | ↔ resemble — to be like or similar to something else |
• lijken | → scheinen; dünken | ↔ seem — to appear |
• lijken | → scheinen; aussehen; erscheinen; zum Vorschein kommen; sich zeigen; auftauchen; zutage treten; an den Tag kommen; ans Licht kommen; als … dastehen | ↔ paraître — exposer à la vue, se faire ou se laisser voir, se manifester. |
• lijken | → ähneln; ähnlich; gleichen | ↔ ressembler — Avoir du rapport, de la conformité avec quelqu’un, avec quelque chose. (Sens général). |
• lijken | → scheinen | ↔ sembler — avoir l’air, l’apparence |
Computerübersetzung von Drittern: