Niederländisch
Detailübersetzungen für laten rusten (Niederländisch) ins Deutsch
laten rusten:
-
laten rusten
Konjugationen für laten rusten:
o.t.t.
- laat rusten
- laat rusten
- laat rusten
- laten rusten
- laten rusten
- laten rusten
o.v.t.
- liet rusten
- liet rusten
- liet rusten
- lieten rusten
- lieten rusten
- lieten rusten
v.t.t.
- heb laten rusten
- hebt laten rusten
- heeft laten rusten
- hebben laten rusten
- hebben laten rusten
- hebben laten rusten
v.v.t.
- had laten rusten
- had laten rusten
- had laten rusten
- hadden laten rusten
- hadden laten rusten
- hadden laten rusten
o.t.t.t.
- zal laten rusten
- zult laten rusten
- zal laten rusten
- zullen laten rusten
- zullen laten rusten
- zullen laten rusten
o.v.t.t.
- zou laten rusten
- zou laten rusten
- zou laten rusten
- zouden laten rusten
- zouden laten rusten
- zouden laten rusten
diversen
- laat rusten!
- laat rusten!
- laten rusten
- rusten latend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für laten rusten:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
ausrasten | laten rusten | |
liegenlassen | laten rusten |