Niederländisch
Detailübersetzungen für herdrukken (Niederländisch) ins Deutsch
herdrukken:
-
herdrukken
Konjugationen für herdrukken:
o.t.t.
- herdruk
- herdrukt
- herdrukt
- herdrukken
- herdrukken
- herdrukken
o.v.t.
- herdrukte
- herdrukte
- herdrukte
- herdrukten
- herdrukten
- herdrukten
v.t.t.
- heb herdrukt
- hebt herdrukt
- heeft herdrukt
- hebben herdrukt
- hebben herdrukt
- hebben herdrukt
v.v.t.
- had herdrukt
- had herdrukt
- had herdrukt
- hadden herdrukt
- hadden herdrukt
- hadden herdrukt
o.t.t.t.
- zal herdrukken
- zult herdrukken
- zal herdrukken
- zullen herdrukken
- zullen herdrukken
- zullen herdrukken
o.v.t.t.
- zou herdrukken
- zou herdrukken
- zou herdrukken
- zouden herdrukken
- zouden herdrukken
- zouden herdrukken
en verder
- is herdrukt
- zijn herdrukt
diversen
- herdruk!
- herdrukt!
- herdrukt
- herdrukkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het herdrukken (overdrukken)
Übersetzung Matrix für herdrukken:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Neuauflage | herdrukken; overdrukken | |
Sonderdrücke | herdrukken; overdrukken | |
Überdrücke | herdrukken; overdrukken | |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
erneut drucken | herdrukken |
Verwandte Wörter für "herdrukken":
herdruk:
Übersetzung Matrix für herdruk:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Neuaflage | bewerking; herdruk |