Übersicht


Niederländisch

Detailübersetzungen für haaltje (Niederländisch) ins Deutsch

haaltje:

haaltje [het ~] Nomen

  1. het haaltje (trekje aan een sigaret; trekje; haal)

Übersetzung Matrix für haaltje:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Zug von eine Zigarette haal; haaltje; trekje; trekje aan een sigaret

Verwandte Wörter für "haaltje":


haal:

haal [de ~ (m)] Nomen

  1. de haal (pennekras; kras)
    der Kratzer; der Schnörkel; der Zug; der Strich; der Einschnitt; der Federstrich
  2. de haal (ruk; trek)
    der Ruck; Anziehen
  3. de haal (trekje aan een sigaret; trekje; haaltje)

Übersetzung Matrix für haal:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Anziehen haal; ruk; trek aandoen; aankleden; aanschroeven; aantrekken; accelereren; kleden; optrekken; straktrekken; vastschroeven; versnellen
Einschnitt haal; kras; pennekras barst; brandgang; gat; groef; inkeping; inkerving; insnijding; jaap; keep; kerf; kloof; opening; reet; scheiding; scheur; segregatie; snede; snee; snijwond; split; sponning; uitsparing; verbreking; vore
Federstrich haal; kras; pennekras haal met de pen; pennenstreek
Kratzer haal; kras; pennekras krab; krabbelaar; krabber; krabijzer; krabwond; kras; krasser; schraapijzer; schraapmes; schram; schrammetje; schraper; schrapijzer; spatel; verfkrabber
Ruck haal; ruk; trek aantrekken; hort; schok; schokkende beweging; stoot; straktrekken
Schnörkel haal; kras; pennekras haarkrul; krul; krulvorm; uitbundige versiering; uitbundige versieringen
Strich haal; kras; pennekras begin-steepje; kwaststreek; lijn; linie; schreef; streep
Zug haal; kras; pennekras dronk; luchtzuiging; schaakzet; sleep; slok; spoortrein; teug; tocht; trein; trek; zet; zuiging; zuigkracht
Zug von eine Zigarette haal; haaltje; trekje; trekje aan een sigaret

Verwandte Wörter für "haal":


Wiktionary Übersetzungen für haal:


Cross Translation:
FromToVia
haal Schlag stroke — rowing: movement of an oar or paddle through water
haal Streifen; Strich; Rochen raieligne tracer sur une surface.
haal Kratzer; Schramme rayure — Entaille, trace, éraflure faite sur une surface polie par un objet contondant.

Computerübersetzung von Drittern: