Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. gratineren:


Niederländisch

Detailübersetzungen für gratineren (Niederländisch) ins Deutsch

gratineren:

gratineren Verb (gratineer, gratineert, gratineerde, gratineerden, gegratineerd)

  1. gratineren
    gratinieren; überkrusten
    • gratinieren Verb (gratiniere, gratinierst, gratiniert, gratinierte, gratiniertet, gratiniert)
    • überkrusten Verb (überkruste, überkrustest, überkrustet, überkrustete, überkrustetet, überkrustet)

Konjugationen für gratineren:

o.t.t.
  1. gratineer
  2. gratineert
  3. gratineert
  4. gratineren
  5. gratineren
  6. gratineren
o.v.t.
  1. gratineerde
  2. gratineerde
  3. gratineerde
  4. gratineerden
  5. gratineerden
  6. gratineerden
v.t.t.
  1. heb gegratineerd
  2. hebt gegratineerd
  3. heeft gegratineerd
  4. hebben gegratineerd
  5. hebben gegratineerd
  6. hebben gegratineerd
v.v.t.
  1. had gegratineerd
  2. had gegratineerd
  3. had gegratineerd
  4. hadden gegratineerd
  5. hadden gegratineerd
  6. hadden gegratineerd
o.t.t.t.
  1. zal gratineren
  2. zult gratineren
  3. zal gratineren
  4. zullen gratineren
  5. zullen gratineren
  6. zullen gratineren
o.v.t.t.
  1. zou gratineren
  2. zou gratineren
  3. zou gratineren
  4. zouden gratineren
  5. zouden gratineren
  6. zouden gratineren
en verder
  1. is gegratineerd
  2. zijn gegratineerd
diversen
  1. gratineer!
  2. gratineert!
  3. gegratineerd
  4. gratierend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für gratineren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gratinieren gratineren
überkrusten gratineren