Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. gematigdheid:
  2. gematigd:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für gematigdheid (Niederländisch) ins Deutsch

gematigdheid:

gematigdheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de gematigdheid (matigheid; stemmigheid; ingetogenheid)
    die Mäßigung; die Besonnenheit

Übersetzung Matrix für gematigdheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Besonnenheit gematigdheid; ingetogenheid; matigheid; stemmigheid
Mäßigung gematigdheid; ingetogenheid; matigheid; stemmigheid matiging; mindering; moderatie; tempering

Verwandte Wörter für "gematigdheid":


gematigd:

gematigd Adjektiv

  1. gematigd (getemperd)
    gemäßigt; moderat; maßvoll

Übersetzung Matrix für gematigd:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gemäßigt gematigd; getemperd ingetogen; moderaat; stemmig
maßvoll gematigd; getemperd moderaat
moderat gematigd; getemperd moderaat

Verwandte Wörter für "gematigd":

  • gematigdheid, gematigder, gematigdere, gematigdst, gematigdste

Wiktionary Übersetzungen für gematigd:


Cross Translation:
FromToVia
gematigd moderat moderate — not excessive
gematigd moderat moderate — having an intermediate position in politics
gematigd annahmebereit; empfangsbereit; gern Aufnahme gewärend; empfänglich; mäßig; zugänglich abordable — rare|fr Qu’on peut aborder.