Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. feilloosheid:
  2. feilloos:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für feilloosheid (Niederländisch) ins Deutsch

feilloosheid:


feilloos:

feilloos Adjektiv

  1. feilloos (foutloos; zuiver)

Übersetzung Matrix für feilloos:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fehlerfrei feilloos; foutloos; zuiver brandschoon; correct; foutloos; gaaf; heel; ideaal; intact; keurig; loepzuiver; maagdelijk; onaangeraakt; onberispelijk; onbesproken; onbevlekt; ongerept; onschuldig; patent; perfect; puur; rein; smetteloos; uitmuntend; uitstekend; virginaal; vlekkeloos; volmaakt; voortreffelijk; zuiver
fehlerlos feilloos; foutloos; zuiver foutloos; loepzuiver; onfeilbaar; perfect; volmaakt
unfehlbar feilloos; foutloos; zuiver onfeilbaar

Verwandte Wörter für "feilloos":


Wiktionary Übersetzungen für feilloos:


Cross Translation:
FromToVia
feilloos perfekt; makellos; fehlerlos; einwandfrei flawless — perfect; without flaws, shortcomings or defects

Computerübersetzung von Drittern: