"feestelijkheid" übersetzt von Niederländische ins Deutsch--Interglot

Remove Ads

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

feestelijkheid:
- Party; Festlichkeit; Feier; Fete; Vierung; Feierlichkeit; Zeremonie; Empfänge; Stattlichkeit; Festtreiben; Festtrubel
feestelijk:
- festlich; feierlich
Wiktionary:
- feestelijk → festlich, bunt

Niederländisch

Detailübersetzungen für feestelijkheid (Niederländisch) ins Deutsch

feestelijkheid:

feestelijkheid [de ~ (v)] Nomen

de feestelijkheid (festiviteit; ceremonie; feest; viering)
die Party; die Festlichkeit; die Feier; die Fete; die Vierung; die Feierlichkeit; die Zeremonie; die Empfänge; die Stattlichkeit
- Party [die ~] Nomen
- Festlichkeit [die ~] Nomen
- Feier [die ~] Nomen
- Fete [die ~] Nomen
- Vierung [die ~] Nomen
- Feierlichkeit [die ~] Nomen
- Zeremonie [die ~] Nomen
- Empfänge [die ~] Nomen
- Stattlichkeit [die ~] Nomen
de feestelijkheid (feestvreugde)
Festtreiben; der Festtrubel
- Festtreiben [das ~] Nomen
- Festtrubel [der ~] Nomen

Übersetzung Matrix für feestelijkheid:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Empfänge	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering
Feier	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	ceremonie; feestdag; jaarfeest; omhaal; opvoering; parade; plechtigheid; plichtpleging; processie; show; staatsie; stoet; vertoning; voorstelling
Feierlichkeit	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	ceremonie; deftigheid; eerbiedwaardigheid; gedragenheid; omhaal; opvoering; parade; plechtigheid; plechtstatigheid; plichtpleging; processie; show; staatsie; statigheid; stoet; vertoning; voornaamheid; voorstelling; vormelijkheid
Festlichkeit	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	ceremonie; feestje; feestviering; omhaal; opvoering; parade; party; plechtigheid; plichtpleging; processie; show; staatsie; stoet; vertoning; viering; voorstelling
Festtreiben	feestelijkheid; feestvreugde
Festtrubel	feestelijkheid; feestvreugde	feestdrukte
Fete	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	fuif
Party	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	bal; dansfeest; fuif
Stattlichkeit	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	aanzien; ceremonie; dapperheid; edel; eminentie; gedragenheid; grandeur; grootheid; grootsheid; hoogheid; indrukwekkendheid; koenheid; luxe; moed; omhaal; onversaagdheid; overvloed; overvloedigheid; plechtigheid; plechtstatigheid; plichtpleging; pracht; rijkelijkheid; statigheid; verheffing; verhevenheid; voornaamheid; vormelijkheid; weelde; weelderigheid
Vierung	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	ceremonie; omhaal; plechtigheid; plichtpleging
Zeremonie	ceremonie; feest; feestelijkheid; festiviteit; viering	ceremonie; omhaal; opvoering; parade; plechtigheid; plichtpleging; show; staatsie; vertoning; voorstelling

feestelijkheid form of feestelijk:

feestelijk Adjektiv

feestelijk
festlich; feierlich
- festlich Adjektiv
- feierlich Adjektiv

Übersetzung Matrix für feestelijk:

Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
feierlich	feestelijk	ernstig; plechtig; plechtstatig; serieus; statig; vol ernst; werkelijk menend; zeer plechtig
festlich	feestelijk	plechtig; plechtstatig; statig; zeer plechtig

Wiktionary Übersetzungen für feestelijk:

Cross Translation:

From	To	Via
• feestelijk	→ festlich	↔ festive — having the atmosphere, decoration, or attitude of a festival, holiday, or celebration
• feestelijk	→ bunt	↔ gay — festive, bright, colorful

übersetze feestelijkheid von Niederländische ins Deutsch

Detailübersetzungen für feestelijkheid (Niederländisch) ins Deutsch

feestelijkheid:

feestelijkheid [de ~ (v)] Nomen

de feestelijkheid (festiviteit; ceremonie; feest; viering)

de feestelijkheid (feestvreugde)

Übersetzung Matrix für feestelijkheid:

Verwandte Wörter für "feestelijkheid":

feestelijkheid form of feestelijk:

feestelijk Adjektiv

feestelijk

Übersetzung Matrix für feestelijk:

Verwandte Wörter für "feestelijk":

Wiktionary Übersetzungen für feestelijk:

Verwandte Übersetzungen für feestelijkheid