Niederländisch
Detailübersetzungen für demilitariseren (Niederländisch) ins Deutsch
demilitariseren:
demilitariseren Verb (demilitariseer, demilitariseert, demilitariseerde, demilitariseerden, gedemilitariseerd)
-
demilitariseren
entwaffnen; entmilitarisieren-
entmilitarisieren Verb (entmilitarisiere, entmilitarisierst, entmilitarisiert, entmilitarisierte, entmilitarisiertet, entmilitarisiert)
Konjugationen für demilitariseren:
o.t.t.
- demilitariseer
- demilitariseert
- demilitariseert
- demilitariseren
- demilitariseren
- demilitariseren
o.v.t.
- demilitariseerde
- demilitariseerde
- demilitariseerde
- demilitariseerden
- demilitariseerden
- demilitariseerden
v.t.t.
- heb gedemilitariseerd
- hebt gedemilitariseerd
- heeft gedemilitariseerd
- hebben gedemilitariseerd
- hebben gedemilitariseerd
- hebben gedemilitariseerd
v.v.t.
- had gedemilitariseerd
- had gedemilitariseerd
- had gedemilitariseerd
- hadden gedemilitariseerd
- hadden gedemilitariseerd
- hadden gedemilitariseerd
o.t.t.t.
- zal demilitariseren
- zult demilitariseren
- zal demilitariseren
- zullen demilitariseren
- zullen demilitariseren
- zullen demilitariseren
o.v.t.t.
- zou demilitariseren
- zou demilitariseren
- zou demilitariseren
- zouden demilitariseren
- zouden demilitariseren
- zouden demilitariseren
en verder
- ben gedemilitariseerd
- bent gedemilitariseerd
- is gedemilitariseerd
- zijn gedemilitariseerd
- zijn gedemilitariseerd
- zijn gedemilitariseerd
diversen
- demilitariseer!
- demilitariseert!
- gedemilitariseerd
- demilitariserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für demilitariseren:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
entmilitarisieren | demilitariseren | pacificeren |
entwaffnen | demilitariseren | ontwapenen; pacificeren; wapens verminderen |