Niederländisch
Detailübersetzungen für binnenbrengen (Niederländisch) ins Deutsch
binnenbrengen:
-
binnenbrengen (binnenhalen)
Konjugationen für binnenbrengen:
o.t.t.
- breng binnen
- brengt binnen
- brengt binnen
- brengen binnen
- brengen binnen
- brengen binnen
o.v.t.
- bracht binnen
- bracht binnen
- bracht binnen
- brachten binnen
- brachten binnen
- brachten binnen
v.t.t.
- heb binnen gebracht
- hebt binnen gebracht
- heeft binnen gebracht
- hebben binnen gebracht
- hebben binnen gebracht
- hebben binnen gebracht
v.v.t.
- had binnen gebracht
- had binnen gebracht
- had binnen gebracht
- hadden binnen gebracht
- hadden binnen gebracht
- hadden binnen gebracht
o.t.t.t.
- zal binnenbrengen
- zult binnenbrengen
- zal binnenbrengen
- zullen binnenbrengen
- zullen binnenbrengen
- zullen binnenbrengen
o.v.t.t.
- zou binnenbrengen
- zou binnenbrengen
- zou binnenbrengen
- zouden binnenbrengen
- zouden binnenbrengen
- zouden binnenbrengen
en verder
- ben binnen gebracht
- bent binnen gebracht
- is binnen gebracht
- zijn binnen gebracht
- zijn binnen gebracht
- zijn binnen gebracht
diversen
- breng binnen!
- brengt binnen!
- binnen gebracht
- binnen brengend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für binnenbrengen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
einholen | binnenbrengen; binnenhalen | binnenvallen; gelijkkomen; inhalen; inlopen; inwinnen; naar binnen halen; onverwachts langskomen; oogsten; plukken; trachten te krijgen; verzamelen |
erzielen | binnenbrengen; binnenhalen | behalen; bereiken; doordringen; penetreren in; verkrijgen; winnen |
gewinnen | binnenbrengen; binnenhalen | behalen; de overwinning behalen; gewinnen; iets bemachtigen; opbrengen; opleveren; te pakken krijgen; verkrijgen; winnen; zegevieren |