Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. beschaduwd:
  2. beschaduwen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für beschaduwd (Niederländisch) ins Deutsch

beschaduwd:

beschaduwd Adjektiv

  1. beschaduwd (schaduwrijk; lommerrijk; vol schaduw)

Übersetzung Matrix für beschaduwd:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
schattenreich beschaduwd; lommerrijk; schaduwrijk; vol schaduw lommerachtig; schaduwachtig; schaduwgevend
schattig beschaduwd; lommerrijk; schaduwrijk; vol schaduw lommerachtig; schaduwachtig; schaduwgevend

beschaduwen:

beschaduwen Verb (beschaduw, beschaduwt, beschaduwde, beschaduwden, beschaduwd)

  1. beschaduwen
    schattieren
    • schattieren Verb (schattiere, schattierst, schattiert, schattierte, schattiertet, schattiert)

Konjugationen für beschaduwen:

o.t.t.
  1. beschaduw
  2. beschaduwt
  3. beschaduwt
  4. beschaduwen
  5. beschaduwen
  6. beschaduwen
o.v.t.
  1. beschaduwde
  2. beschaduwde
  3. beschaduwde
  4. beschaduwden
  5. beschaduwden
  6. beschaduwden
v.t.t.
  1. heb beschaduwd
  2. hebt beschaduwd
  3. heeft beschaduwd
  4. hebben beschaduwd
  5. hebben beschaduwd
  6. hebben beschaduwd
v.v.t.
  1. had beschaduwd
  2. had beschaduwd
  3. had beschaduwd
  4. hadden beschaduwd
  5. hadden beschaduwd
  6. hadden beschaduwd
o.t.t.t.
  1. zal beschaduwen
  2. zult beschaduwen
  3. zal beschaduwen
  4. zullen beschaduwen
  5. zullen beschaduwen
  6. zullen beschaduwen
o.v.t.t.
  1. zou beschaduwen
  2. zou beschaduwen
  3. zou beschaduwen
  4. zouden beschaduwen
  5. zouden beschaduwen
  6. zouden beschaduwen
diversen
  1. beschaduw!
  2. beschaduwt!
  3. beschaduwd
  4. beschaduwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für beschaduwen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
schattieren beschaduwen schaduwen