Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->übersetze afgeteld

übersetze afgeteld von Niederländische ins Deutsch

Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. afgeteld:
  2. aftellen:
  3. Wiktionary:

Niederländisch

Detailübersetzungen für afgeteld (Niederländisch) ins Deutsch

afgeteld:

afgeteld Adjektiv

  1. afgeteld
    abgezählt

Übersetzung Matrix für afgeteld:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abgezählt afgeteld

afgeteld form of aftellen:

aftellen [znw.] Nomen

  1. aftellen (aftelling voor lancering; aftelling)
    abzählen; abpassen

aftellen Verb (tel af, telt af, telde af, telden af, afgeteld)

  1. aftellen (geld afpassen; passen)
    abzählen; passen; zählen; abpassen; abgepaßt
    • abzählen Verb (zähle ab, zählst ab, zählt ab, zählte ab, zähltet ab, abgezählt)
    • passen Verb (paße, paßest, paßt, paßte, paßtet, gepaßt)
    • zählen Verb (zähle, zählst, zählt, zählte, zähltet, gezählt)
    • abpassen Verb (paße ab, paßt ab, paßte ab, paßtet ab, abgepaßt)
    • abgepaßt Verb

Konjugationen für aftellen:

o.t.t.
  1. tel af
  2. telt af
  3. telt af
  4. tellen af
  5. tellen af
  6. tellen af
o.v.t.
  1. telde af
  2. telde af
  3. telde af
  4. telden af
  5. telden af
  6. telden af
v.t.t.
  1. heb afgeteld
  2. hebt afgeteld
  3. heeft afgeteld
  4. hebben afgeteld
  5. hebben afgeteld
  6. hebben afgeteld
v.v.t.
  1. had afgeteld
  2. had afgeteld
  3. had afgeteld
  4. hadden afgeteld
  5. hadden afgeteld
  6. hadden afgeteld
o.t.t.t.
  1. zal aftellen
  2. zult aftellen
  3. zal aftellen
  4. zullen aftellen
  5. zullen aftellen
  6. zullen aftellen
o.v.t.t.
  1. zou aftellen
  2. zou aftellen
  3. zou aftellen
  4. zouden aftellen
  5. zouden aftellen
  6. zouden aftellen
diversen
  1. tel af!
  2. telt af!
  5. afgeteld
  6. aftellende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für aftellen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abpassen aftellen; aftelling; aftelling voor lancering
abzählen aftellen; aftelling; aftelling voor lancering
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abgepaßt aftellen; geld afpassen; passen
abpassen aftellen; geld afpassen; passen afpassen; opwachten
abzählen aftellen; geld afpassen; passen tellen
passen aftellen; geld afpassen; passen aanstaan; betamen; bevallen; bijpassen; conveniëren; correct zijn; deugen; gelegen komen; geschikt zijn; in werking zijn; juist zijn; kloppen; overeenstemmen; passen; passend zijn; prettig vinden; schikken; uitkomen
zählen aftellen; geld afpassen; passen tellen

Wiktionary Übersetzungen für aftellen:

Cross Translation:
FromToVia
• aftellen → Countdown ↔ countdown — a count backward to the time of some event
• aftellen → abziehen; subtrahieren; abräumen; fortnehmen; entziehen; wegnehmen; abschneiden; abholen; abnehmen; abrechnen ↔ retrancher — Traductions à vérifier et à trier

Computerübersetzung von Drittern:






Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0318 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden