Übersicht
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
- aangegeven:
- aangeven:
-
Wiktionary:
- aangeven → angeben
- aangeven → verzollen, kennzeichnen, markieren, blinken, andeuten, anzeigen, beschuldigen, anklagen, Beschuldigen sich, angeben, denunzieren, hinterbringen, anschwärzen, eine Anzeige wegen … machen, bezichtigen, verklagen, Anklage erheben gegen, geben, schenken, herreichen, verbringen, zubringen, ausgehen, ausrücken, hinausgehen, erteilen, verabreichen, hervorbringen, erzeugen, tragen, spenden, machen, übergeben, überantworten, anvertrauen, gewähren, gestatten, deklarieren, erklären, melden, verkünden, ansagen, bestimmen, zeichnen, anzeichnen, weisen, anweisen, hinweisen, zeigen, auslesen, wählen, auswählen, erwählen, aussuchen, auserwählen, eine Auswahl treffen, liefern, entäußern, fortlassen, überlassen, unterlassen, weggeben, fortgeben, hingeben, preisgeben, ergeben
Niederländisch
Detailübersetzungen für aangegeven (Niederländisch) ins Deutsch
aangegeven:
-
aangegeven (gedeclareerde; vermelde)
Übersetzung Matrix für aangegeven:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
angegeben | aangegeven; gedeclareerde; vermelde | gemelde; opgegeven |
aangegeven form of aangeven:
-
aangeven (iets aanwijzen; aanduiden; indiceren; wijzen)
-
aangeven (declareren)
-
aangeven (aanreiken; geven; overgeven; overhandigen; afgeven; toesteken)
reichen; darreichen; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen-
herüberreichen Verb (reiche herüber, richst herüber, reicht herüber, reichte herüber, reichtet herüber, herübergereicht)
-
hinüberreichen Verb
-
aangeven (aanreiken; geven; reiken)
-
aangeven (verraden; uitbrengen; verklikken; verklappen; verlinken; aanbrengen)
Konjugationen für aangeven:
o.t.t.
- geef aan
- geeft aan
- geeft aan
- geven aan
- geven aan
- geven aan
o.v.t.
- gaf aan
- gaf aan
- gaf aan
- gaven aan
- gaven aan
- gaven aan
v.t.t.
- heb aangegeven
- hebt aangegeven
- heeft aangegeven
- hebben aangegeven
- hebben aangegeven
- hebben aangegeven
v.v.t.
- had aangegeven
- had aangegeven
- had aangegeven
- hadden aangegeven
- hadden aangegeven
- hadden aangegeven
o.t.t.t.
- zal aangeven
- zult aangeven
- zal aangeven
- zullen aangeven
- zullen aangeven
- zullen aangeven
o.v.t.t.
- zou aangeven
- zou aangeven
- zou aangeven
- zouden aangeven
- zouden aangeven
- zouden aangeven
diversen
- geef aan!
- geeft aan!
- aangegeven
- aangevende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
aangeven (aangifte; verklaring; declaratie; melding)
Übersetzung Matrix für aangeven:
Synonyms for "aangeven":
Verwandte Definitionen für "aangeven":
Wiktionary Übersetzungen für aangeven:
aangeven
Cross Translation:
verb
aangeven
-
aanduiden
- aangeven → angeben
Cross Translation:
Computerübersetzung von Drittern: