Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->Suche: schijnsel

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: schijnsel

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

schijnsel:
- Schein; Schimmer
Wiktionary:
- schijnsel → Schein, Licht

Niederländisch

Detailübersetzungen für schijnsel (Niederländisch) ins Deutsch

schijnsel:

schijnsel [het ~] Nomen

het schijnsel (schijn; gloed; glans; straling)
der Schein; der Schimmer
- Schein [der ~] Nomen
- Schimmer [der ~] Nomen

Übersetzung Matrix für schijnsel:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Schein	glans; gloed; schijn; schijnsel; straling	acte; akte; bewijsstuk; bon; coupon; façade; glimp; ontvangstbewijs; reçu; schijnvertoning; vleug; vleugje
Schimmer	glans; gloed; schijn; schijnsel; straling	aanwijzing; flakkering; flikkering; flinter; floers; geflikker; glans; glanslaag; glanzen; glimmen; greintje; klein beetje; licht verspreiden; restjes; schijn; schijnen; schijntje; schittering; snufje; sprankjes; tip; vingerwenk; vingerwijzing; vleugje; waas; wenk; zweem; zweempje; zweempjes

Verwandte Wörter für "schijnsel":

schijnsels

Wiktionary Übersetzungen für schijnsel:

Cross Translation:

From	To	Via
• schijnsel	→ Schein	↔ lueur — lumière faible ou affaiblir.
• schijnsel	→ Licht	↔ lumière — physique\|fr radiation électromagnétique qui peut produire une sensation visuelle.