Übersicht
Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten
-
herstarten:
-
Wiktionary:
herstarten → neu laden, neu starten
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für herstarten (Deutsch) ins Niederländisch
herstarten: (*Wort und Satz getrennt)
- her: geleden; sedert
- starten: beginnen; starten; aanvangen; van start gaan; aanknopen; aanbinden; inzetten; intreden; op gang komen; ondernemen; aangaan; afstemmen; instellen; ontvangen; aannemen; accepteren; aanvaarden; in ontvangst nemen; bouwen; construeren; opstarten; opstijgen; omhoogkomen; opvliegen
- Starten: opstarten